Bellis

Over Bellis

Madelief. Vorm, afkomst, geschiedenis, etymologie of naamgeving, vermeerderen, cultuurvariëteiten.

10-15 soorten komen in dit geslacht voor, M. Zee en Europa.

Meestal meerjarige planten van 5-20cm hoog. Meest 1 bloem per stengel

Asteracea, Aster klasse.

Uit flickr.com

Bellis caerulescens, Coss. ex Ball.. (blauwachtig) Een mooie rotsplantje dat kleine rozetten vormt van ronde tot omgekeerd hartvormige en lang gesteelde, wat behaarde blaadjes.

Lange bloemsteeltjes met zacht lila/blauwe bloemhoofdjes in maart/mei.

Kan in de winter niet tegen te veel vocht.

Uit Klein Azië en O. Europa wordt 5-10cm hoog.

Uit alm-alpines.com

Bellis rotundifolia (Desf) Boiss. & Reut. (rondbladig) Een tien centimeter laag plantje dat overdekt is met lila bloempjes van april tot de vorst.

Een vaste plant die meestal als eenjarige geteeld wordt. Het is niet geheel winterhard.

Komt uit het Atlasgebergte, Algerije en is beschreven in 1873.

Uit sophy.u-3mrs.fr

Bellis sylvestris, Cyr. (uit het bos) Een mooie rotsplant met rozetten van dofgroene, spatelvormige en drienervige, wat getande tot gezaagde bladeren.

Een bloemige stengels met donker/rode bloemen met lancetvormige omwindselblaadjes in maart/april.

Uit Z. Europa en N. Afrika wordt 5-10cm hoog. Is beschreven in 1797.

Portugal wood daisy, southern daisy.

Uit Redoute.

Bellis perennis, L. (overblijvend) een meerjarige plant van 5-15cm hoog.

Bladen zijn omgekeerd eivormig en versmallen aan de basis, eennervig, de randen hebben ronde blokjes, staan in een rozet.

Op een stengel staat een enkele bloem met witte lintbloempjes die aan de achterkant vaak wat rood gekleurd zijn, omwindselbladen zijn stomp en lancetvormig, onderaan gewimperd in april/mei.

Madeliefjes planten zich ongeslachtelijk voort doordat zich in de oksels van de bladeren zijstengels vormen die kunnen uitgroeien tot een nieuw rozet. Die stengeltjes worden niet zo lang, waardoor madeliefjes dichte matten kunnen vormen. De plant verspreidt zich ook via zaden voort.

Groeit op de weiden, grasplaatsen en tussen stenen. Komt in de Alpen vaak nog voor op 2000m hoogte en verder over geheel Europa Zuidwest-Azie.

Naast de grootbloemige vormen met bloemdoorsnede tot 7cm verdienen de kleinbloemige, zogenaamde pomponette, nu onze belangstelling want die zijn wat natuurlijker van vorm dan de grote bellen en lijken ronde cactusjes.

'Pomponette, is er in rood, roze en wit.

'Monstrosa,' heet ook wel  'Super Enorma' en is de grootbloemige vorm in zachte kleuren

'Etna', met donker/rode gepijpte lintbloempjes is gewonnen door Al. Squadrilli uit Napels

'Die Braut,' met grote gevulde en helderwitte bloemen is gewonnen door P. Lambert uit Trier

'Longfellow,' met mooie grote roze/rode hoofdjes is gewonnen door E. Benary uit Erfurt, Duitsland.

'Rob Roy', met middelmatig grote en donker/rode bloemen is een van de mooiste rode vormen, al lang geteeld in Engeland.

Naam, etymologie.

(Dodonaeus) (a) Ԅe twee eerste soorten van dit gewas heten in het Latijn Bellis, want het schijnt hetzelfde gewas te wezen dat Plinius in het 5de kapittel van zijn 26ste boek beschrijft en zegt aldus: Ԃellis groeit in de weiden en heeft witte, doch wat roodachtige bloemenծ De eerste soort van madelieven noemt men gewoonlijk wilde madelieven en in het Latijn Bellis silvestrisծ

Bellis, van Latijn bellus: mooi, lief of aangenaam, een verwijzing naar de bloemen. (187A) Waarschijnlijk niet van bellum, bellis a bello: oorlog, omdat ze genezende kracht voor wonden bezit.

Dodonaeus (b) Ԉet heet in onze taal madelieven, in het Hoogduits Maszlieben en Massuselenծ

Madelief, maetelieven, maetebloemen of meizoentje. Het Duitse Maleben, Malieben, Malieblin is uit het midden-Nederlands matelieve al vroeg in de 15de eeuw overgenomen. Bock; ԍadelieven noemt men in Westerich (Zeitlþlin) tijdelozen, in bisdom Speier (Massŭselen) madezoetjes, in Latijn Primula veris, Solidago en bij Pandectario Arthritica, vrijwel zeker daarom dat het een geweldig experiment is voor de hete en lopende ledenpijnծ

Een oud Nederlands spreekwoord zegt: ',mate lefte, lange lefte', 'liefde met mate, lange liefde, wat ook op de lange bloeitijd van de madelief slaat. Het is ook een maat voor de liefde: hij houdt van me, niet..

Veel naam verklaringen zijn er van dit mate.

De simpelste verklaring is dat de naam van made: weiland, af zou stammen, zie meadow, vergelijk het Latijnse pratolina, Franse paturage: weide, naar de groeiplaats.

Maar in oud-Saksisch komt de naam Mat en Meti voor, in oud-Fries en Angelsaksisch mete, wat eten betekent. Het Gotisch mats: betekent spijs, zie Muss, Mettwurst, metworst en in mess-room waarin hetzelfde mats steekt. Zo heeft de naam meadow ook een verbindingen met mede.

Het zal duidelijk zijn dat het originele woord niet de plant of de zoetheid van de meadow betrof, maar dat de plant mogelijk gebruikt werd om mede te laten geuren.

De naam is ontstaan uit een later onbegrip van gelijkluidende woorden.

Evelyn meldt dat de jonge wortels in het voorjaar door Italianen en Spanjaarden gegeten worden. Shakespeare in Love's Labour's Lost 2, 904 noemt een daisies pied. Gerard vermeldt dat het sap van de bladeren en wortels aan kleine honden werd gegeven zodat ze niet groter zouden groeien.

Het woord made dat ook in medesuete of metsutbloeme voor komt, kan een vorm zijn van maagd, te weten, megede, meyde, medde, mete en maid, dus maagd en lief. Een mogelijkheid is dat de plant genoemd is naar de heilige maagd Maria, maagdebloempje of Mariabloempje 'God groete u, scone maetelieve, dat sidi, vrouwe, sonder baraet,' Duitse Marienblmchen.

Weer anderen zoeken het in verband met midden-Nederlands mate: onbeduidend, matig.

Dodonaeus '`het heet in onze taal kerssouwen.'

De dubbele madelieven heten op sommige plaatsen in Zeeland karsousjes. Het woord kersouwe komt reeds in 1528 voor bij de madelief en voor vrouw en is volgens sommige verwant aan Kerst‑Christus‑heilig. Deze naam stamt uit Vlaanderen, Engeland en Frankrijk. In de middeleeuwen vindt men in Frans cassoude of consaude, wat een verbastering zou zijn van consound en dit woord is afgeleid van het Latijnse consolida en zo genoemd volgens Plinius omdat het zo goed werkt, dat het zelfs onder het braden het vlees aan elkaar plakt.

Dodonaeus (d) 'De nieuwe kruidbeschrijvers hebben de madelieven ook Consolida minor genoemd en andere zeggen dat de Consolida minor niets anders is dan de bruinelle die we tevoren beschreven hebben.'

Het werd in de middeleeuwen wel Consolida minor of minima genoemd vanwege zijn helende krachten zie Symphytum, of Solidago minima en vandaar;

Dodonaeus (e) Klein Beinwellen in oud-Hoogduits, oude Engelse namen zijn dan ook bruisewort en bone flower.

Dodonaeus (f) 'Dan meest alle kruidbeschrijvers noemen de madelieven in het Latijn Herba Margarita en margrieten, in het Frans marguerites, in het Italiaans margarite'.

Een andere naam van Chaucer is la douce Marguerite. Die naam is nog steeds de naam van de madelief in Frankrijk, petite marguerites, ook bij de Italianen margheritina en in Spaans maya. Die naam is afkomstig van het Latijnse woord voor parel: Margarita, zo ook margaritaceous wat parelachtig betekent. Van dezelfde wortel komt margariet en margaret (zie Chrysanthemum) Het Latijn en Grieks schijnt van Perzisch mervarid: parel, af te stammen, vergelijk Plinius IV.54: 'Praecipue autem laudantur (margaritae) in Persico sinu maris Rubri. Nec apud barbaros quidem eius aliudquam margaritae.'

Vondel, Ter bruiloft van Joan Six en Joffer Margarite Tulp;

'Een zuivere Tulp, het puik van allerhande bloemen

Toen het oog op haar viel die wij Parle noemen.' (parel uit 't Grieks voor madelief)

Parels en madelief werden beiden Margaret's genoemd.

St. Margriet zou de dochter geweest zijn van een heidense priester die tot de christelijke godsdienst overging wat haar de haat van haar vader en anderen op de hals haalde. Ze werd op allerhande manieren gefolterd en tenslotte op 20 juli 275 onthoofd. Volgens de legende zou in de kerker, waarin ze opgesloten was, een draak op haar afgekomen zijn die de vlucht nam toen ze het monster een kruis voorhield.

De reeds aangehaalde Chaucer zegt 'and of a perle fine orientall, Her white croune was imaked all.'

De bloem werd vroeger gebruikt bij vrouwelijke klachten en daardoor door de monniken opgedragen aan St. Margaret van Cortuna. Chaucer, foutief, verwijst als oorsprong van de naam naar St. Margaret van Hongarije die gemarteld werd in de 13de eeuw. In een oude legende wordt echter verwezen naar Margaret van Cortona. De H. Margaret die zo veel voor de aankomende moeders bad.

Meestal wordt de H. Margaret van Antiochië bedoeld: 'Als een vrouw geboorten weeën krijgt, roep me, laat haar dan het kind krijgen.' St. Margaret maakte gebruik van de madelief, die soms margaret genoemd wordt, een parel. De Margaretha gordel heeft een helpende kracht. In Parijs kwamen op deze dag vrouwen en meisjes 'met menigte in de kerke daar de Priester de riem van de H. Vrouwe haar om het lijf sloeg om vruchtbaar te zijn.'  In de Margaretha kapel te Neustadt kwamen jaarlijks een groot aantal vrouwen, katholiek als protestant, om haar geloften af te leggen en gaven te offeren 'op hoop van zegen.'

De bloem is gewijd aan alle koninginnen Margarets en heiligen Margarets. Marguerite de Valois adopteerde de madelief als haar devies. De trotse en ongeluk­kige Margaret van Anjou, vrouw van Hendrik VI, koos de bloem als embleem en stikte ze op de robes van haar kleding, de hofdames om haar heen droegen het op de kleding, de lady's in het haar. Toen de zorgen kwamen voor de koningin werd de madelief verwijderd als zijnde ongeschikt voor dit moment. De taaie Margaret had weinig van de zachtheid waarvan de madelief het type is, haar vrouwelijk hart was gepijnigd toen ze zag dit die genegeerd werd en kende zichzelf als een helder bloem

De moeder van Henry VII, lady Margaret, droeg drie witte madelieven als devies.

Margaret, de zuster van Francis I droeg de madelief als haar devies en werd door haar broer Marguerite of Marguerites genoemd, zijn parel van parels.

Lodewijk de IX (1214–1270) nam de madelief met leliën in zijn wapen op. Hij droeg een ring met tekens waarvan hij het meeste hield, een kruis voor de religie, een lelie van Frankrijk en een margriet voor zijn liefste vrouw Margaret, de frivole daisy.

In latere dagen werd de madelief als devies gekozen, vooral bij studies van de geleerde mannen van Italië. De madelief figureerde, met de roos, distel en andere favoriete bloemen veel in designs.

Dodonaeus (g) 'Het heet in het Frans pasquettes.'

De Fransen noemen de bloem ook pquerette, de kleine paasbloem, omdat het plantje meestal bloeit met de Pasen: Paques in weiden die met parels gevuld zijn, Duitse Osterblumen.

Dodonaeus (h)'Sԓommige andere noemen het ook Primula veris, naar de Italiaanse naam. in het Italiaans fiori di prima vera gentili, in het Boheems matecnyk en sedmikrasa, in het Hoogduits Zeidtloszlin omdat ze vroeg bloeien. Daar zijn nochtans andere soorten van Primula veris, dat is de sleutelbloem.'

Zeitlosslin en Zeitlose bij Bock,omdat ze elke tijd bloeit en zich niet aan een vaste bloeitijd houdt. Fruhblume die je de hele maand ziet, Montablumlein, Monatbleaml die een maan van binnen heeft, Mondscheinl, het is een Dusendschonke, die je al in de sneeuw ziet, Schneekaderl of Dorotheenstockli.

(i) Koningin of koninklijke madelief. De Duitsers noemen het das Gnseblmchen of Gansblumlein, Gansringela, omdat het op de ganzenweide groeit en door ganzen gegeten werd, ganzenbloem, omdat het net als de gans op 1 been staat.

(j) Bleichblume of Blachblume omdat ze op de bleek, het weiland waarop de was ligt te bleken, groeit. Onze grasbloem, groeiplaats, Duitse Grasblume ook Brinkblome, meizoentje, Duitse Maiblom, fennebloem, Duitse Fennblome, koeienbloem, meliefke en landjesbloem.

(k) De Zweden noemen het praestkraye en de Denen praestekrull: priesterkragen, net zo als de protestante priesters gewend waren te dragen.

(l) Bij de Schotten komt het voor onder de naam gowan, een woord dat blond betekent, Engelse ewe-gowan of may-gowan. Het Noorse gal of gaul: betekent geel. Een variant van de naam, gollan of golland, werd gegeven aan andere gele bloemen als de dotterbloem en Trollius.

De Wells gaven het de lieflijke naam van trembling star en in Wales heet het oog van de dag Llygad y Dydd, Duits Sonnenblmchen.

(m) Engelse cat posy, vergelijk de Duitse Katzenblume, verder zijn oude Duitse namen; Gichtkraut, Magdlieben, Masslieben bij Bock, Malleyske, Marienkronchen, -blomchen, Margritli, Marleske, Maliescher, Marzisel, Maschlimmerchen, Masseliefchen, Mazisl, Morgenblume: Maria, Chasse-Bluemli, Geissbluemli, Gisegeisseli, Hunnblom, Katteblu, Saubleaml, Knullblom, Gockela, Mar-Grunggeli, Angerroserl, Roserl, Ruckerl, Schweizerl en.

Engelse bairn wort, ban wort, ban wood of benner. De Russen noemen het met een lange naam barchatnaja zwietoschka.

(n) 'De tweede soort mag tamme madelieven of dubbele madelieven heten, in het Latijn Bellis hortensis. Dubbele madelieven met rode bloemen, kerssouwen en margrieten worden in het Engels daysie genoemd, in het Frans soms cassaudes en zijn de Belides van Plinius en naar de mening van sommige omdat een plant zoveel bloemen krijgt als de koning Belus dochters had die er op een nacht vijftig uithuwelijkte, zoals de poten schrijven.'

De dubbele vorm wordt in Engeland chicken‑hen‑daisy genoemd, kip met kuikens, omdat uit de omwindselbladen zich weer andere bloemen vormen, ook apes on horse back. Dubbele heten in Duitsland Tausendschonchen, Baderli, Mullerbluemli en Monetbluemli. In Frans is het mere de famille.

(o) 'De soort van deze die kleine bloempjes die uit de grote bloemen spruiten heeft wordt van sommige madelieven met kinderkens genoemd.'

De madelief met kinderkens omdat de kleine bloempjes (soms 12 of 13) rondom een grote groeien. Men heeft de madelief vergeleken met een tafeltje waaraan Christus en de 12 apostelen het Laatste Avondmaal nemen.

Verder Angerbleamerl, Augenblmchen, Himmelsblume, Maiblume, Mondscheinblume, Morgenblume, Regenblume en Tausendschn.

Uit botanical magazine en de laatste uit E. Step.

Gebruik.

Het gebruik was vroeger zo. (Dodonaeus) 'De madelieven zijn in staat om alle smarten en weedom en vooral van jicht van de voeten en andere ledematen te verzoeten en te verdrijven als die van hete en droge oorzaken gekomen zijn, maar dan moet men de bladeren van dit kruid met verse en ongezouten boter stampen en vermengen en zo op de zieke leden binden of leggen en meestal als men er maluwe bladeren bijvoegt, pleister of papvormig.

Die bladeren bij de moeskruiden gedaan of in salade en met vleessap gegeten maken de buik week en veroorzaken een zachte kamergang en bovendien worden ze zeer nuttig vermengd bij andere kruiden en dingen die men in de klisters doet die tegen de hete of vurige koortsen of ontsteking van de darmen en ingewand bereid worden. Het kruid van de voor vermelde gewone madelieven met de bloemen of alleen en vooral van de kleine en wilde in water gekookt is goed gedronken tegen de koortsen, verhitting van de lever en van alle inwendige leden.

De chirurgijns gebruiken deze madelieven zeer veel waardoor ze ook in het Latijn Consolidae minores genoemd worden omdat ze de wonden helen en genezen.

Tegen de kwetsingen binnen op de borst daar men geen doeken mag gebruiken is zeer goed terstond een drank ingenomen die van gestoten madelievenkruid gemaakt is.

Hetzelfde kruid geknauwd geneest de blaartjes op de tong en in de mond.

Hetzelfde gestoten verdrijft de hete gezwellen van de manlijkheid.'

Medisch werd het gebruikt tegen huidziektes in een aftreksel en als huismiddel tegen tussen pozende koortsen als van malaria. Door sommige boeren werd het als een geneesmiddel bij varkens gebruikt. Dit kruid staat onder het teken van de kreeft en onder het beheer van Venus en is daarom goed voor wonden in de borst.

Het was in Duitsland een geliefd volksmiddel. Het gold een tijdlang voor bijzonder schadelijk omdat het Ganseblumchen openlijk als vruchtafdrijvend middel gebruikt werd. Zou naar een verordening van 1739 'Ganzlich'uitgeroeid moeten worden. De Slowaken gebruiken het bloempje als een geliefd middel tegen hoesten.

Er wordt verteld dat mensen die de groei van hun honden wensen te voorkomen ze madeliefwortels geven gekookt in melk.

Eet men de drie eerste bloempjes die men in het voorjaar ziet, dan heeft men het gehele jaar geen last van tandpijn, in andere gebieden tegen koorts, oogpijnen.

Chaucer.

(p) De madelief vouwt zijn blaadjes met donkerte en ontsluit zijn ogen met de dageraad. Het is de daeges aege, het oog van de dag. De ouwe trouwe Chaucer wist dit al:

ҨIn special one calles Se of the Daie) Eentje is zeer speciaal die Zij van de Dag genoemd wordt

(The Daisie, a floure white and rede) De madelief, een bloem wit en rood.

(And in french called La bel Margarete) En in Frans La bel Margarite genoemd.

(O, commendable floure above all flouris in the meede) O, vereerde bloem boven alle bloemen in de weide.

(Than love I most those flouris white and rede) Zo houd ik het meest van de rood en witte bloemen.

(Such that men callen Daisies in our Town) Zulke die men Daisieՠs noemt in de stad.

(that blissful sighte softeneth al my sorwe) Een blik op haar verlicht al mijn zorgenծ

De bloem gaat tegen de avond slapen. De slaap van de bloemen was ontdekt door Chaucer die een potische belangstelling had voor de madelief en opmerkte dat het tegen de avond de bloemen sloot. 'The silver droppes hanging in the leaves'  was voor hem een waarschuwing dat de avond was gekomen.

Chaucer bekent zijn liefde voor de daisy:

'If this I wol nat lye. Ther loved no wight hotter in his lyve'

Hij heeft alle kenmerken van een verliefde.

'Withouten slepe, withouten mete or drynke

Adoun fun softely I gan to synke

And lenynge on myn elbowe and my syde

The longe day I shoop me for to abide

For nothing elleis, and I shall not lye

But for to loke upon the dayesie.'

In legende of 'good women, 'the emperice, and floure of floures alle,'het was de vroegste bloem voor hem;

'that above all flouris in the mede

Then love I most these flouris white and rede

Soche that men callin daisies in out towne

To them I have so grat affectioun

As I sayd erst, when comin is the Maie

That in my bed there dawith me no daie

That I nաm up, and walking in the mde

To see this floure against the sunne sprede

Whan it upriseth early by the morrow

That blissful sight softeneth my sorrow.

So glad am I, when that I have presence

Of it, to doune it all reverence

As she that is of all floures the floure

Fulfilled of all vertue and honoure

And evir like faire and fresh of hewe

As wel in winter as in summer newe

This love I ever, and shall until I die

All sweare I not, of this I woll not lie

There loved no wight nothen in this life

And whanne that is eve, I renne blithe

As soone as ever the sunne ginneth west

To seene this floure, how it will go to rest

For fear of night, so hateth she darknesse

Her chere is plainly spred in the brighnesse

Of the sunne, for there it will uncloseծ

ԗhen that the sunne out of the south gan west

And that this floure gan close and gon to rest.'

'an special one calles Se of the Daie.

The Daisie, a floure white and rede,

And in french called La bel Margarete.

O, commendable floure above all flouris in the meede,

Than love I most those flouris white and rede,

Such that men callen Daisies in our Town. ....,

That blissful sighte softeneth al my sorwe.'

Engelse daisy komt uit day's-eye, het Angelsaksisch daegeseage of day's eye: dagoog, heeft zijn naam naar de zonachtige vorm van de bloemen. Het is een naam die meestal aan de madelief werd gegeven. In midden-Hoogduits heet het 'das vridelsouge.' Vergelijk de middeleeuwse Latijnse naam voor de plant, solis oculus, het oog van de zon.

Elders zegt hij:

'That well by reason men calle it maie

The daisie, or els the eie of the daie.'

Soul.

Van de vroegste tijden af aan vertegenwoordigt de madelief de vrouwelijke waarheid, zuiverheid en trouw. Open is ze het embleem van de ziel en gesloten is de bloem het embleem van zuiverheid. Meisjes steken ze rond hun kussen om van hun geliefde te dromen. Dromen ervan betekent geluk in het voorjaar en zomer, maar niet in herfst en winter want dan geeft het ongeluk. Als je plezierige dromen wenst van je geliefde of afwezige moet je: ԭadelief onder haar kussen leggen;. De wortel die gedragen wordt door de persoon schijnt een middel te zijn tegen ziektes.

Bloeien de madelieven in het begin van het voorjaar rijkelijk zo zullen er in de herfst vele kinderen sterven, ook zegt men: dan komt er weinig hooi in de zomer.

Een daisy is in Ophelia' s guirlande verwerkt, Hamlet 4, 7. Madeliefjes geven een waarschuwing aan luchthartige meisjes, dat zij niet te veel op de beloftes van hun minnaars moeten vertrouwen.

In Hamlet en in de The Two Noble Kinsmen worden daisies beschreven als smel-lesse, yet most quaint.' quaint betekende in die dagen aardig. In 'the rape of Lucrece' beschrijft hij de 'perfect white'of his heroine's hand as showing ''Nike an April daisy on the grass. Deze poetische verbeelding van de daisy suggereert dat Shakespeare wist de ze de maandbloem van april is.

G. Gazelle.

(187A) ԍargaritha, blomken fijn

Kander wel iets schooners zijn

Als de naam van de edele blomme

Die ԫ te Paaschen tegenkomme?

Bij deze versregels duidt de dichter op de betekenis van het Griekse woord wat bij ons parel betekent en door de Christenen, tijdens de vervolgingen der Romeinse keizers, in hun geheimtaal werd opgenomen, zoals hij elders zegt:

' 'Margaretha, 't is bekend

Was het woord, dat de ouden zeiden

Als zij, zwichtend voor den heiden

Spreken wilden, ongeschend

Van Gods heilig Sacrament.'

Immers als de eerste Christenen die onder Neroճ zwaard kwamen:

Om 't misbruiken af te keeren

Van het lichaam onzes Heeren

Mieken uwen schoonen naam

Margaritha, God bekwaam

En wanneer zij duister spraken

In hun kerkelijke zaken

Van Դot Margaritam gaan

Dat was , Onzen Heer ontvaan.'

Zo werd het eenvoudige weidebloempje tot symbool van de Christenen. Gelijk de natuurlijke parel in de blinkende oesterschelp of parelmoeder ligt, zo ligt de heilige Hostie in de gouden kelk die Maria verbeeldt.

Mythologie.

In de Noorse mythologie is de madelief gewijd aan Ostara, de godin van het voorjaar. Volgens de klassieke legende dankt de plant zijn ontstaan aan de dochter van Belus die met haar dryadenzusters heerste over de weiden. Op een dag, toen de lieflijke nimf Bellis danste met haar favoriet vriend Ephi­geus, zo zoet, zo fris en zo bekoorlijk trok ze de aandacht van Vertumnis, de god van ooft en voorjaar. Die vloog direct aan haar zijde waarop Ephigeus jaloers werd met alle gevolgen van dien, zodat Bellis zich veranderde in een bloem. Symbool van onschuld.

Maria.

Het is mogelijk dat deze bloem ook een heidense verering heeft gehad, zoals vele planten die een verbinding hebben met de naam Maria.

Als Maria met haar Zoon en Jozef, naar Egypte vertrekken moest vergoot ze vele tranen en allen werden Mariabloempjes. Of, als het Kind drie jaren oud was wilde de moeder hem een krans bloemen voor zijn verjaardag geven. Maar in de winterse kerstnacht was er nergens een bloempje te bekennen. Daarom besloot ze er zelf een te maken. Met stille zorgvuldigheid stikte en vlocht ze allerlei bloempjes, groot en klein. Van allen tekende zich er een door zijn schoonheid en pracht. Ze had daarvoor een stukje goudgele zijde genomen dat nog van haar koninklijke stamvader David stamde en hier rondom had ze sierlijk witte zijde gestikt. Bij de bevestiging van enkele draden had ze zich bezeerd en bloeddruppels waren op de witte zijde gevallen waardoor het op sommige plaatsen rood schemerde. Als de knaap de bloem zag werd hij weemoedig en verkoos het tot zijn lievelingsbloem. Zolang de winter duurde bewaarde hij het als een heiligdom. Toen de lente kwam nam hij het bloempje en plantte het diep in het dal van Nazareth. In grote vreugde greep hij dan zijn gouden beker, die de wijzen uit het oosten hem geschonken hadden, liep naar een nabijgelegen bron en haalde daar water uit en begoot het bloempje met het verse water en blies ertegenaan. Daar groeide het in stille pracht en overgroeide alle werelddelen en versierde weiden en velden. Van nu af aan bloeit het onophoudelijk door vanaf de eerste voorjaarsdag tot de laatste dag van de onvriendelijke herfst.

Of: Als Jezus nog een kind was speelde hij net als alle andere kinderen met bloemen. In de zomertijd was zijn liefste plek dan ook de zonnige bloemenweide. In de ruwe winter waren er echter geen bloemen en dan speelde hij eens met stukken linnen die zijn moeder over had. Het goddelijke kind knipte hier bloempjes uit en strooide die over de weide. Toen de lente kwam ontsproten met duizenden tegelijk de eerste madeliefjes.

Waarom het madeliefje ook Mariabloempje heet.

Gabril, de hemelse bode, had Maria verlaten nadat ze ingestemd had om de moeder van God te worden. Daar maakte ze zich op om naar Elisabeth te gaan. Een lange weg voerde door het gebergte van Juda.

Door lachende velden en lieflijke wouden wandelde ze met haar Goddelijke Zoon. Overal waar haar voeten het gras raakten ontstonden op wonderbare wijze lieflijke bloempjes uit de aarde en vormden zo een bloemenweg. Madeliefjes waren het. Witte stralen omkransten het om de onschuld van de Maagd aan te duiden. Het gouden sterretje in het midden wees op het heilige vuur der liefde dat Mariaճ hart vervulde. Daarom heten madelieven ook Mariabloempjes.

Toen de engel Gabril aan Maria zijn groeten overbracht weende ze zoete vreugdetranen. Elke traan werd een madeliefje. Dat maakte de duivel nijdig. Naast elk bloempje wierp hij een lelijke klauw en elke klauw werd tot knoflook, het stinkende kruid. Dat beviel het madeliefje niet en bestreed die plant met haar heerlijke geur en verdreef hem uit de velden.

Het nederige madeliefje is het symbool van onschuld en zuiverheid en daarom is het ook aan de H. Maagd Maria opgedragen. Maria is immers de altijd schone bloem (Bellis), de bloem van hemelse schoonheid, de bloem van de bloemen die nooit verwelkt. De volbloemige madeliefjes, zo mooi rood en wit van kleur, zijn het symbool van de koningin der martelaren en het leliewit der maagden.

Kelten.

Volgens Keltisch geloof laat elke baby die weer meegenomen wordt door de doodsengel een nieuwe en lieflijke bloem op aarde achter voor haar treu­rende ouders. Zo zat Malvia te treuren toen bij de dauw van het ochtendgloren de maagden van Morven aan kwamen rennen. ԕMalvina, oh Malvina, we hebben je zoon gezien waarom je treurt. Hij wordt gewiegd in wolken van zilveren sterren die met kleine handen uit het sterrenbed steken, zie, een oogst van nieuwe bloemen op onze weiden. Kijk deze bloem hebben we meegenomen, die met de gouden ronding. De blaadjes zijn spotloos wit met een zilveren rand en omfloerst met een zachte roze blos. Het is jouw boezembloem, jouw kind in de hemel dat aan de heuvels van Cromla deze mooie bloemen heeft geschonkenՕ. Sinds die dag is het de bloem van onschuld, de bloem van de nieuwgeborene.

Waarschijnlijk ook van Keltische oorsprong is het geloof dat het eten van deze kleine plant de groei verminderen kan. Een Ierse sage verhaalt van de fee Milka die het kind van de koning heimelijk madeliefjeseten gaf zodat hij niet volwassen zou worden. Nog is er op de Britse eilanden en bij Spaanse zigeuners het gebruik om jonge welpen madeliefjes te eten te geven zodat ze niet groot worden.

Lyrisch.

Madelief bloeit vrijwel het hele jaar door. Zolang de bloem gesloten is kan die wel tien graden vorst verdragen. Maar in het voorjaar komen ze weer en zie je de meeste bloemen. Een spreekwoord zegt: Ҩet is nog geen voorjaar voor je je voet niet op 12 madelieven kan zettenӮ Zo zien we de madelief is alle vroegte de velden kleuren. Nog is alle sneeuw niet verdwenen of het woud wordt met een groene deken overhult en schemert het in de weiden van de witte ster van de madelief. De madelief barst uit haar wintertombe in een zonnig uur. Maar de koele en snijdende oostenwinden geven een terugval en brengen weer vorst. Na enkele boze dagen lokt eindelijk weer de blije lucht en komt het madeliefje weer ongeschonden tevoorschijn. Alleen het wit heeft ze afgelegd, in ieder geval is Bellis aan de buitenkant met rood overtrokken. Het is overigens een uiterst lief perzikrood zodat ze eruit ziet als een bakvis met blozende wangen.

De madelief brandt het voorjaarsgras met zilveren vuren. Een gele kop wordt als het ware gekroond met een guirlande van fijne witte blaadjes die rond zijn hoofd zijn gezet. De stralen van parelachtige bloembladen ontvouwt het om het gele zonnetje zodat het centrum bloot gesteld wordt aan de dauwende zon, dat andere oog van de dag. De madelief is een miniatuur van die gouden schijf met zijn striemende stralen van licht.

Goethe.

De madelief heeft een 250 witte lintbloemen, die aan de onderzijde vaak rood omfloerst zijn. Het is een volksgeloof dat men aan deze bloem de liefde en trouw van een ander meten kan. Dit gebeurt na het bekende bevestigend en vraagspel: Ԩij houdt van mij, niet van mijծ Zie bijvoorbeeld Goetheՠs Faust: Լi style='mso-bidi-font-style:normal'>Margarethe, er liebt mich, liebt mich nichtռ/i> etc. Kinderen die lang buiten zijn geweest gebruiken de bloemen om te weten te komen hoe ze bij de terugkeer door hun ouders ontvangen worden en het ene blaadje na de ander afplukken, slagen, schelden, goede woorden, slagen. Of, edelman, bedelman, boer, soldaat, student? In het Frans mariage, religieuse, celibataire? Symbool van deelnemen (geluk), ik deel jouw gevoelens.

dubbele, deelname.

,, wat gekleurd schoonheid.

,, rood onbewust.

,, wit onschuld.

,, wild, veld Ik zal er aan denken.

Kransen.

Madeliefkransen maken is een precies werkje. De stengels moeten doorboord worden met de nagel, of een mes als je die bij je hebt. Die moet lang genoeg zijn en dusdanig dat er een klein gaatje in de stengels ontstaat waardoor een stengeltje gestoken kan worden, niet te ver want dan heb je een madelief met 2 poten, in die steek je de volgende etc.

Planten.

Vermeerderen door scheuren in het voorjaar. Zaaien bij 20 graden.

De madelief is een meerjarige plant, die wel gekweekt wordt als een eenjarige.

De vele tuinvormen komen niet geheel zuiver uit zaad terug en moeten door scheuren vermeerderd worden.

Dubbele en vaak gekleurde vormen worden wel aangeplant in de borders.

De dubbelen zaaien zichzelf weer uit, zodat na een paar jaar in het nabijgelegen grasveld gezien kan worden waar ooit dubbelen geplant zijn geweest. Aan de rand van het grasveld zien we nog rode en dubbele vormen terug en verderop in het gras worden ze steeds witter. Die uitzaaisels lopen terug in kleur en dubbelheid. Geef de uitzaaisels alleen maar goede tuingrond en al gauw worden de lintbloemen groter en na betrekkelijk korte tijd is de dubbele vorm weer terug.

Plant ze met wassende maan want dan worden ze net zo vol als de maan.

Zie verder: volkoomenoudeherbariaenmedisch.nl/ en: volkoomen.nl