Zannichellia
Over Zannichellia
Horned pond weed, vorm, kruiden, geschiedenis, historie, naamgeving, etymologie, afkomst, gebruik,
Uit J. Kops, www.BioLib.de.
Dun vertakte kruiden die meestal onder water groeien.
Bladeren zijn meestal tegenoverstaand en lang en lijnvormig, draadachtig en gaaf.
Zittende en meestal naakte bloemen, meestal komen beide vormen voor op dezelfde bladoksel. Een 5 soorten komen verspreid voor door de wereld.
Zannichellia familie of Potamogetonaceae.
Zannichellia palustris, L. (water bewonend) Bladen zijn dun en tegenoverstaand.
De lange en draadachtige vertakte stengels van 30-50cm lang vormen dichte massa’s.
Bloeit in juli tot september, de groene bloemen zitten in de oksels van de bladeren onder water, er volgt een waterbestuiving.
De zaaddozen hebben een hoorntje die het op een vogelpoot laat lijken.
Eenjarig.
Komt vooral voor in vers of brakachtig water en groeit onder water van Noordelijk en Zuidelijk halfrond, zeeën als in stilstaande wateren, is ook wat zouttolerant en komt in de Noordzee en Oostzeekust voor.
Subspecie pedicellata, gesteelde Zannichellia, subspecie major, brede Zannichellia.
Naam, etymologie.
Zannichellia is zo genoemd naar Gian Girolamo Zannichelli of Zannichellia, een botanist uit Venetië, 1661-1729.
Fries dobbewier, Duits Sumpf-Teichfaden: de fadenvormige vloeiende stengel, Flutstengel, Halde: sterk vertakte plant in brak water, Franse en onze zannichelle, Engels horned pond-weed: gekromd waterkruid, de zaaddozen.
Zie verder: volkoomenoudeherbariaenmedisch.nl/ en: volkoomen.nl