Echinochloa

Over Echinochloa

Hanenpoot, vorm, grassen, soorten, cultuurvariëteiten, geschiedenis, historie, naamgeving, etymologie, afkomst, gebruik, vermeerderen, planten, teelt,

Uit www.laguiasata.com

Eenjarige grassen met smalle bloeiwijze en verschillend in de dikte van de aren.

Soms worden ze gekweekt vanwege de korrels en groenvoer.

Aren als in Panicum, waar het ook wel onder geplaatst wordt.

Een 12 soorten komen voor in de warmere gebieden van beide halfronden.

Sommigen worden als graan en anderen als voer gekweekt.

Poaceae, grassen, Paniceae klasse.

Echinochloa colona (L.) Link (zuilvormig) is een soort wild gras dat uit Tropisch Azië stamt en vroeger als een soort Panicum gold.

Het groeit vaak gewoon langs de weg en werd vroeger gebruikt in tijden van hongersnood. In Soedan, Darfur wordt het tot meel gemalen waar pap of brood van gemaakt kan worden. In India als een soort rijst gebruikt, vandaar de Engelse naam jungle rice waar jungle een Indiaan/Engels woord is voor wild, barnyardgrass, southern cockspur, corn panic grass, Deccan grass, millet rice, swamp grass, Spaans arrocillo, cerreig, pasto del arroz, pata de gallina, pierna de gallo meridonal, Frans ble du Dekkan, pied de coq mridional, Duits Dekkangras, Schamahirse uit Engelse shama grass, Sdliche Hhnerhirse, Hebreeuws dochaneet hashaleen. Arabisch ab rukbah, bashaft, diffr.

Uit J. Kops, www.BioLib.de.

Echinochloa crus-galli, P. Beauv. (hanenspoor)(Panicum crus-galli) is een algemeen onkruid van 1-1.5m..

Bladen zijn breed en harsig, gemengd met purper.

Stengel gaat rechtop of is knievormig gebogen.

De eivormige tot elliptische aartjes hebben meestal lange naalden en zijn groen tot purper in juli. Ze staan afwisselend of tegenoverstaand met twee of meer aartjes bijeen aan korte en tot eenzijdige schijnaren verbonden takjes.

Eenjarig onkruid dat uit Azië komt en nu algemeen voorkomt, vanwege de kosten wordt het billion dollar grass genoemd. Op sommige plaatsen wordt het blad als groente gegeten of als graan geteeld. Dat meer in India. Door zijn hoge nitraatverbinding kan het giftig voor vee zijn.

Naam, etymologie.

(Dodonaeus) (a) ‘Bloedgras, in het Italiaans sanguinaria en gewoonlijk sanguinella en capriola is dat gewas dat Lobel Ischaemon vulgare noemt, Dactylon of Dactylus van Plinius, Scirpus van Tragus, Canaria van Plinius, naar de mening van Anguillara: (dan als andere menen Gramen aculeatum van dezelfde Plinius omdat het in de neus gestoken die laat bloeden.’

Dodonaeus (b) ‘Het is Crus Galli van Apuleius.’ Hanenpoot bij ons, Duits Huhnerhirse.

Dodonaeus ; ԠHet is Pes Corvi of Coronopus van Leonicerusծ

Hanenpoot, Fries graoubealch, Engels crowճ foot grass, Frans echinochloa pied-de-coq, panic pied de coq, Duits Huhner-Hirse.

Dodonaeus (d) ‘Het groeit in de wijngaarden van Provence soms en is zeer klein, maar aardig om zijn bloempjes en klauwiertjes, want de halmpjes zijn blinkend en bruinrood, geknoopt en gaan rechtop en elk is gedeeld in vijf of zes staartvormige aartjes of wolachtige rankjes en vingervormig uitgespreid als die van het gras dat hemels dauw heet (Glyceria). De wortels en bladeren zijn die van het kleinste beemdgras gelijk en zoetachtig van smaak, maar tezamen trekkend en drogend waarom Rondeletius en andere geleerde dit kruid voor Ichaemon gehouden hebben.’

Echinochloa, Grieks echinos: egel, chloa: een gras, egelgras.

(e) Verder wild gras, franiegras of wild panikkoren, Engels loose panick grass, Amerikaans barnyard grass, Duits Greiserich of grosser Reisserich in Zwitserland, Greese in Tirol, Panikorn bij Tabern, Entengras of Wildmanngras.

Uit ausgrass2.myspecies.info

Echinochloa esculenta Scholz. (eetbaar) ( Echinochloa utilis Ohwi & Yabuno) (nuttig) is een soort die op kleine schaal in Japan, China en Korea verbouwd wordt voor voer en voedsel. Het wordt geteeld op plaatsen waar het te koud is voor rijstteelt. De oudste vermeldingen dateren van 2000 v. Chr. in de Jōmon periode van Japan.

Uit www.biolob.cz

Echinochloa frumentacea Link (graanachtig) (Panicum frumentaceum Roxb.) (Paspalum scrobiculatum, L.) is de millet koda van India.

Een gras met tweetakkige trossen, een tropenkosmopoliet.

De korrels worden bij koren bijgemengd en geven verschijningen net zoals bij ons met de dolik.

Groeit als graan in India, Pakistan en Nepal.

Zijn wilde voorouder is Echinochloa colona. Wordt geteeld waar rijst en andere oogsten niet willen groeien. Korrels worden in water gekookt als rijst of gekookt met melk en suiker. Soms wordt er een bier van gemaakt.

Uit; http://alienplantsbelgium.be/content/echinochloa-muricata

Echinochloa muricata Fernald. (zacht gestekeld) Lijk veel op crus-galli, is een variabele vorm. Eenjarig gras van 50-100cm hoog.

Komt uit noord Amerika.

Var. microstachys Wiegand. met smalle aren.

Var. muricata.

Stekelige hanenpoot, rough barnyard gras, American barnyard grass.

Zie verder: volkoomenoudeherbariaenmedisch.nl/ en: volkoomen.nl