Erythronium

Over Erythronium

Hondstand, vorm, kruiden, soorten, cultuurvariëteiten, geschiedenis, historie, naamgeving, etymologie, afkomst, gebruik, vermeerderen, planten, teelt,

Uit O. Thome, www.BioLib.de.

Ze zien eruit als miniatuurlelies en meestal hebben ze mooi getekende of gevlekte bladeren, zodat ze ook zonder bloem een aardig effect geven. Het zijn mooie voorjaarsbloemen, vooral onder lichte schaduw.

De bladeren rijpen voordat het gras voor de eerste keer gemaaid wordt.

Ze hebben opstaande bollen waaruit meestal 2 ovale tot lijnvormige bladeren komen die in veel soorten mooi gevlekt zijn.

Bloemstengel is dun en bladloos, geeft 1 tot vele cyclaamachtige, hangende bloemen.

Liliaceae, leliebloemige.

20-30 soorten komen voor. Van dit opvallend lelie gewasje is er maar 1 soort in de oude wereld, die voorkomt in centraal en Z. Europa, Rusland en Japan. Verscheidene soorten komen ervoor in N. O. Amerika, waarvan er twee gevonden worden in de Rocky Mountains, terwijl in de koele wouden en hoge bergen van N. Californi het geslacht verte­genwoordigd wordt door 9 soorten en een aantal var.

1. Erythronium dens‑canis, L. (hondentanden) uit Midden en Z. Europa, Kaukasus en Siberië, wordt 10-20cm hoog. Is beschreven in 1596.

Bladeren zijn eirond tot ei/lancetvormig, spits en donkergroen, 5-15cm lang en 2-5cm breed, 30 cm lang. Bij planten met donkere bloemen zijn ook de bladeren duidelijker purper/bruin geverfd.

Alleenstaande bloemen zijn lila/roze tot purper/roze en aan de voet wit gevlekt, bloemdekslippen zijn lancetvormig en spits met omgebogen top, 3cm of meer lang, de binnenste met geoorde voet, 3spletige stijl in april/mei.

Het is een schaduwplant van de beukenwouden en kan als voorjaarsbloeier ook op half beschaduwde plaatsen groeien. Het plantje bloeit in de voorjaarszon en trekt de bloemen ook weer gauw terug als de zon onder gaat. De bloemen openen en sluiten zich met het komen en gaan van de zon. Eind mei is de plant afgestorven en is er niets meer te zien van de plant.

Al naar gelang de meer of minder roze of purperen bloemen worden aan deze kleurvormen allerhande fantasienamen gegeven.

Var. niveum heeft helder witte bloemen.

Var. sibiricum (uit Siberi) is in alle delen groter dan het type met zeer grote bloemen, 4-6cm lang.

Var. japonicum (uit Japan) zou de grootste bloemen geven.

De bekendste cv. is ‘Rose Queen,’.

Er zijn tuinvormen die in kleur verschillen. De helderwitte is een natuurlijke mutant die al door Maria Sibylla Merian is vereeuwigd.

Uit hortus eystettensis.

Naam, etymologie.

(Dodonaeus) (a) ‘Dit gewas is van ons Dens caninus genoemd.’

Hondstand omdat de vreemd gevormde witte wortels op de tanden van een hond of adder lijken, daarom ook wel addertong, in Engels adder’S tongue of dog’S tooth violet, Duits Zahnlilie of Hundszahn, Franse dent de chien.

Dodonaeus (b) ‘De dokters van Lyon, zegt Lobel, hebben het lange tijd voor echt Satyrium gehouden. Die van Savoie en Lobel hebben het Satyrion Erythronium genoemd.’

Bij LobeL was er verwisseling met Orchis. ‘Het bloeit binnen Lyon in de hof van Walerandt Donrez in april die van hem daar gebracht is en door wiens vlijt dat ons allereerst bekend is geworden en heeft die uitgestoken in het gebergte gelegen aan het staande water van Lausanne, maar later heb ik het uitgestoken in de heuvels gelegen anderhalf mijl van de Pau bij Turijn. Dioscorides. De wortel van Satyrium gedronken met straffe rode wijn is goed tegen de kromheid van de hals.

Men moet ook deze gebruiken als de lust van bijslapen aankomt want men zegt dat men door deze tot bijslapen meer verwekt wordt vanwege de winderige en overvloedige vochtigheid zegt Galenus.

Dioscorides. De wortel van Satyrion Erythronium geheel in de hand gehouden, men zegt dat ze tot bijslapen verwekt en daarom te meer is het dat ze met wijn gedronken wordt.’

Dodonaeus ‘Veel zijn er die dat Satyrium noemen met de toenaam Erythronium, nochtans heeft het geen wortels die zo groot zijn als een appel en voorts zo heeft het noch vele andere tekens niet die het zou moeten hebben om het Satyrium Erythronium te wezen.’

Erythronium, van Grieks erythros: rood, waarschijnlijk is dit een verwijzing naar de roodachtige vlekken op de bladeren of naar de rood gevlekte bloemblaadjes van de Europese hondentand. Bij Tabernaemontanus heet het kruid Roth Stendelwurz, een verwijzing naar de orchideeën.

Dodonaeus (d) ‘Andere noemen het Pseudohermodactylus, dat is valse Hermodactylus, en voorwaar het verschilt niet zo veel van het Colchicum (waaronder de Hermodactylus schijnt te rekenen) dat men het daarmee niet enigszins zou kunnen vergelijken. Dan het komt met het Ephemerum van Dioscorides wat meer overeen.’

Dodonaeus (e) ‘Deze bloem wordt in Stirien van de dokters en apothekers op het Latijns Dentali genoemd, maar van sommige landlieden aldaar Schosswurtz.’

Duits Schoswurz, Kokeschucher.

Gebruik.

Zo was het gebruik vroeger. (Dodonaeus) ‘De vrouwen van Stirien maken een poeder of meel van de gedroogde wortels van deze Dens caninus en strooien dat in de pap van de jonge kinderen om de wormen van de buik om te brengen. Hetzelfde poeder met wijn ingenomen is wonderlijke goed om de smart van de darmen te verzoeten en bovendien versterkt het de krachten van het ganse lichaam en voedt zeer goed. De dokters van Lyon hebben deze wortels laten konfijten en verzenden het voor het echte Satyrium van de ouders als zeer geschikt om de lust van bijslapen te vermeerderen, dan die waren veel beter.’

De wortels van orchideeën werden als lievelingsspijzen van de Satiren gedacht (Satiren zijn bekend als liefdesduivels) Ze zouden een sterk liefdes stimulerende werkende werking bezitten. Zo werd het bolletje gebruikt als een afrodisiacum in liefdesdranken. Onder zekere bezweringen zou ze de liefde opwekken.

Door de inwoners van Siberië werd de wortel, door zijn slimmigheid en voedzaamheid, als voedsel gebruikt. Bij meerdere volkeren van het Altaj gebied, bijvoorbeeld de Sjokten, werden de kleine wortels aan snoeren geregen en om de hals als een collier gedragen, als toverachtig amulet was ze hoog geschat.

Amerikaanse vormen.

Amerika is met meer dan 15 soorten beter uitgerust, hoewel die hier nog niet zo lang bekend zijn. Nog in 1900 werden er maar 2 soorten vermeld.

Momenteel zijn de belangrijkste:

2. uit chestofbooks.com

Erythronium americanum, Ker-Gawler. (uit Amerika) komt in vele vormen voor in de vochtige bossen van het noord/oosten van Amerika, Ontario tot Arkansas en Florida tot O. Canada en wordt 10-30cm hoog. Is beschreven in 1665.

Bol met uitlopers.

Elliptische bladeren zijn spits en bleekgroen met purperen en witachtige vlekken, 10-15cm lang

Alleenstaande bloemen zijn licht geel met lancetvormige bloemdekslippen, stomp met wat omgebogen top, 2-5cm lang en 6-8mm breed, aan de voet oranje gevlekt, de binnenste bloemdekslippen met geoorde voet, 3spletige stijl in april/mei.

Serpentճ tongue, yellow adderճ tongue, yellow dogճ tooth violet, yellow trout lily. Adder ‘s tongue is geassocieerd met de planeet Venus en de vrouwelijke geest.

3. uit www.imagejuicy.com

Erythronium albidum, Nutt. (witkleurig) uit centraal en N. Amerikaanse wouden, Ontario tot Minnesota en Texas is de white adderճ tongue die 25-30cm hoog wordt. Is beschreven in 1824.

De bol vormt uitlopers.

Bladeren zijn langwerpig tot elliptisch, spits en 5-15cm lang, niet of zeer zwak gevlekt.

Alleenstaande bloemen zijn wat hangend, de lijn/lancetvormige bloemdekslippen zijn wat gebogen en 3-4cm lang, 4-6mm breed, blauwachtig/wit met gele voet, de binnenste bloemdekslippen zijn niet geoord, stijl is zwak 3spletig in april.

White dogճ tooth violet, small white fawn lily, white trout lily, ook adder ‘s tongue, dog ‘s-tooth violet, serpent ‘s tongue, trout lily en yellow snowdrop. Sommigen geloven dat het wonden heelt als het in koud water gezet wordt, dan in kleren gewikkeld en rond de wond of kwetsing gelegd. Daar wordt het gehouden tot de bedekking warm is, dan verwijderen en begraven op een modderige plaats.

De bol is voedzaam als het gedroogd is. Christelijke legendes zeggen dat deze lelie ontsprong van de traven van Eva toen de geboorte naderbij was.

De plant wordt als vrouwelijk beschouwd en valt onder het beheer van de maan en de zodiac teken kreeft. Daarom zal ze die zaken genezen die veroorzaakt zijn door een slechte invloed van Saturnus in elk deel van het lichaam dat geregeerd wordt door de maan of gedomineerd door kreeft.

6. uit www.fs.fed.us

Erythronium grandiflorum, Pursh. (grootbloemig) In 1826 werd het geïntroduceerd door D. Douglas, de man die bekend is van de douglas-den. Wordt 20-40cm hoog.

Langwerpige en spitse bladeren zijn niet gevlekt en 10-20cm lang.

Meestal alleenstaande bloemen zijn knikkend en donker geel met lancetvormige bloemdekslippen, spits en gebogen, 2.5-3.5cm lang en 4-6mm breed, de binnenste met wat geoorde voet, gele helmknoppen en 3spletige stijl in april/mei.

Var. album heeft witte, in het midden geelachtige bloemen.

Var. giganteum verschilt door de hogere groeiwijze, 30-60cm, met bredere bladeren en grotere bloemen die met 1-6 bij elkaar staan.

Var. nuttalianum (Thomas Nuttall, Engelse botanicus, 1786-1859) verschilt door de rode helmknoppen.

Var. obtusatum heeft brede bladeren die stomp en 3-5cm breed zijn, stengel met 1-5 bloemen met lichtgele bloemdekslippen van 2.5-3.5cm lang en donker purperen helmknoppen, de bloemkleur is goudgeel met een lichtere basis. De stengel wordt tot 60cm hoog die 1 tot meerdere bloemen draagt in mei. Is niet gevlekt.

Wordt wel gletsjerlelie, glacier lily, dogtooth lily, yellow Avalanche-lily, yellow fawn lily of Oregon dog’s tooth violet genoemd omdat die op de berghellingen van N. Californië, Oregon en Washington groeit.

10. Uit www.biolib.de

Erythronium revolutum, Smith. (omgerold) groeit in vochtige kustwouden van N. W. Amerika, N. Californië en wordt 15-30cm hoog. Is in 1897 beschreven.

De 1-4 bladeren zijn lichtbruin en wit gevlekt.

De 1-2 bloemen zijn zacht purper/roze en 3-4cm lang met smalle bloemdekslippen die omgebogen en witachtig zijn en purper/roze uitbloeien, de binnenste met wat geoorde voet en kort 3spletige stijl.

Dit is een van de laatst bloeiende, in juni.

Groeit aan de westkust van N. Amerika, Noordelijk van Californië tot British Columbia in vochtige gronden. Bollen van 3-5cm lang

Var. albiflorum heeft zuiver witte bloemen. Hiertoe behoort ‘White Beauty,’, wit met rood oogje.

Var. johnsonii (een timmerman Andrew John Johnson, 1853-1903) verschilt door de sterk glanzende, donkerbruin gevlekte bladeren en donker roze bloemen met oranje oogje.

Var praecox bloeit vroeg met mahonie/bruin gevlekte bladeren en 2-5 roomwitte bloemen met oranje oogje.

Naam.

Wegens zijn mooie loof te­kening en zeker ook vanwege de bladvorm heet deze forellenlelie, Engelse trout lily; forellenlelie. Het blad is mahonieachtig gevlekt in witte en bruine tinten, mahogany fawn lily, coast fawn lily, pink fawn lily.

12. uit dic.academic.ru

Erythronium citrinum, S. Watson. (citroengeel) groeit in zuidwest Oregon en noordwest Californië.

Deze vorm wordt tot 30cm hoog met 1-3 bloemen per stengel.

De kleur is citroen/geel met een gele of oranje basis en bloeit eind april begin mei.

Cream of citrus fawn lily.

13. uit www.srgc.org.uk

=Erythronium hendersonii, Wats. (geïntroduceerd door Henderson, St. Johns Wood, Engeland) uit Oregon wordt 20-30cm hoog met 1-2 bloemige stengel. Is beschreven in 1888.

Langwerpige bladeren zijn stomp tot kort toegespitst en donker bruin gevlekt.

Bloemdekslippen zijn wat omgebogen, bleek purper/lila met zwart/purper midden, de binnenste bloemdekbladeren met wat geoorde voet en knotsvormige stijl in april/mei.

Hendersons ‘s fawn lily.

Vormen.

Alle Amerikaanse soorten zijn zeer mooie planten voor de liefhebber. Twee vormen zijn zeer bekend geworden van wiens ontstaan men niet geheel zeker is. De eerste is’ White Beauty’, die werd voor een hybride van Erythronium oregonum x Erythronium citrinum gehouden, of van Erythronium tuolumnense, eventueel ook als een selectie uit de Erythronium revolutum.

‘White Beauty’ geeft in april op een 20cm hoge stengel 2-3 hangende puur witte bloemen die van binnen wat roze/rood getint zijn.

Al eerder heerste er enigheid over de herkomst van de =cv. ‘Pagoda’ die als hybride van Erythronium tuolumnense x Erythronium revolutum White Beauty gold. Deze werd gewonnen door de in Heemskerk wonende L. Slikker en door W. Blom & Zn. op de markt gebracht. Zo kruiste een Nederlander een Amerikaanse vader en moeder en gaf de nakomeling een Aziatische naam.

De bekende ‘Pagoda ‘geeft op het eind van april, op een 30cm hoge stengel, 3-5 goudgele buigende bloemen die een bruine ring in het hart bezitten. De bloembladen zijn sterk teruggeslagen en de stuifmeeldraden komen sterk naar voren. Deze krachtige plant heeft bronsachtig gevlekte bladeren. De hele verschijning ademt een Aziatische sfeer uit.

Uit www.nn.ru

Planten.

Sommige soorten maken grote blokken en verspreiden zich door ondergrondse uitlopers.

De bollen bezitten geen beschermschaal en zijn gevoelig voor uitdrogen. Vroeg en onmiddellijk na ontvangst planten is een vereiste. De buisvormige knolletjes worden geplant in vochtige grond op een licht beschaduwde plaats in groepjes bijeen, op een afstand van 10cm onderling en 6cm. diep. Als ze ongestoord blijven staan gaan ze op den duur steeds beter bloeien. Dan kunnen ze zich ook uitzaaien. Geen meststoffen geven en in de winter is een lichte turfmolm bedek­king van enkele cm. aan te bevelen.

Verdere vermeerdering is door de broedbollen. Heb je zaad geef dit dan 3 weken 20 graden, dan 6 weken –2 en zaai dan bij 7 graden.

Zie verder: volkoomenoudeherbariaenmedisch.nl/ en: volkoomen.nl