Craterellus

Naam, etymologie.

Craterellus, van crater, een grote ronde holte. Nauw verwant aan Cantharellus.

Paddenstoelen, Agaricaceae, plaatjeszwammen. De plaatjeszwammen worden gekenmerkt door het bezit van dunne radiar geplaatste lamellen of plaatjes aan de onderzijde van de hoed.

Craterellus cornucopioides Pers. (hoorn der overvloedachtig) De vruchtknop is trompet tot diep trechtervormig, de hoed is 8cm doorsnede, radiair gestreept en grauwbruin tot zwart met een golvende rand.

De onderkant heft dicht opeenstaande ribben en lijsten, grijs tot zwartachtig.

Een steel van 3-10cm lang die hol is en ook grijs tot zwartachtig.

Is eetbaar en aangenaam.

Groeit in beuken en eiken gronden.

Hoorn van overvloed, doodstrompet, horn of plenty, black trumpet, trompette de la mort.

Uit; http://raf.dessins.free.fr/2bgal/img.php?id_img=10291

Uit commons.wikipedia.org

Craterellus lutescens Fr. (geelachtig) (Canthorellus xanthopus) gele voet) geldt vers als gedroogd als goede paddenstoeleten

De vruchtkop is trompetvormig, 5-7cm hoog, vlezig/houtig met omgebogen rand. De bovenkant heeft een rauw groene kleur.

De steel is lichtend geel en hol, het vlees witachtig en breekbaar. De geur is vruchtachtig.

Groeit in de herfst in dennenbossen, vooral in bergen, is eerst zelden te vinden, dan in grote groepen.

Starkriechende Pfifferling Goldstieliger Pfifferling, Gelbe Kantherelle of Gelbe Kraterelle. Chanterelle jaune.

Zie verder: volkoomenoudeherbariaenmedisch.nl/ en: volkoomen.nl