Hylotelephium
Over Hylotelephium
Hemelsleutel, vorm, kruiden, soorten, cultuurvariëteiten, geschiedenis, historie, naamgeving, etymologie, afkomst, gebruik, vermeerderen, planten, teelt.
Naam, etymologie,
Grieks hyle; bos, en Telephium.
Groep 2, Telephium van Sedum zijn soorten met een dikke wortelstok, eindstandige bloemstengels die in de winter meestal afsterven, bladeren staan verspreid, tegenoverstaand of in kransen, 2huizige bloemen zijn 5delig en wit, roze, rood of groenachtig. Deze groep wordt weer onderverdeeld in;
Afdeling Arcuata met kruipende of liggende stengels die jaarlijks afsterven.
Onduidelijk of ze een eigen geslacht moeten hebben of onder Sedum geplaatst moeten blijven.
Uit Fuchs.
Hylotelephium anacampseros Ohba (ik breng liefde terug) (Sedum anacampseros, L.) wordt 10-25cm hoog.
Verspreid staande bladeren zijn omgekeerd eivormig tot bijna rond en tot 2cm lang en 1cm breed, grijs//blauw met een brede voet, zittend, bladeren van de bloeiende stengels zijn groter en eivormig met hartvormige voet en kleine spoor.
Groenblijvende plant met liggende tot opstijgende, dikke, ronde en bovenaan bebladerde stengels.
Grote en half bolvormige, dichte trossen van kleine purper/roze bloempjes met opgerichte bloemblaadjes in juli/augustus.
Stamt uit Spanje, de Pyreneeën tot Tirol. Is beschreven in 1596.
Var. majus wordt in alles forser met meer opgerichte stengels, bladeren tot 3cm lang en 1cm breed zijn meer groen gekleurd en grotere bloemtrossen.
Deze soort heeft blad als de echte hemelsleutel en met een kroon van purper in dichte tuilen vormt het een mini-sleutel.
Met zijn blauwgrijze en in een bladrozet eindigende kruipende stengels vormt het op oudere leeftijd mooie hangende toeven. Daarom moet het bij een muurtje geplant worden.
Naam.
(Dodonaeus) (a) ‘De derde soort (eerste is Andrachne telephoides, tweede Hylotelephium telephium) gelijk ze van weinig mensen bekend is zo heeft ze ook geen eigen naam gekregen, dan sommige noemen het Telephium Sempervivum, dat is altijd levende Telephium, want de stelen van de andere soorten van Telephium vergaan Գ winters en de wortel blijft over, maar deze derde soort houdt haar stelen de gehele winter door groen en met bladeren bezet. Deze soort is van Lobel kleine smeerwortel die kruipt en altijd groen is genoemd, in het Latijn Telephium minus semper virens.’
(b) Anacampseros, Grieks anacampto: ik breng terug, eros: liefde, zo door de Grieken gebruikt, een oude Griekse naam in de mythologie die terugkerende liefde betekent. Liefdesvetkruid is de Engelse herb of friendship, love restorer, verder; evergreen orpine, onze grote tuintripmadam, Duitse Grose Gartentripmadam, Frans orpin des infediles.
Uit; http://www.sedumphotos.net/v/sedum-bc/Sedum+cauticola+Bertram+Anderson+1.jpg.html
Hylotelephium cauticola H. Ohba. (groeiend op kliffen) (Sedum cauticola) Succulent meerjarige met roze bloemen in juli-augustus.
Grijze bladeren van 5cm.
Vaste plant van 10cm hoog en 30cm breed. Winterhard.
Cliff stonecrop.
Uit oost Europa tot Japan.
Uit; https://en.wikipedia.org/wiki/Hylotelephium_erythrostictum
Hylotelephium erythrostictum H. Ohba. (erythros; rood, pictum; gevlekt) kruidachtige meerjarige van 30-70cm.
Tegenovergestelde ovale succulente bladeren van 5-7cm lang.
Platte bloemtros met veel witte of licht roze bloemen van ongeveer 1cm in september-oktober.
‘Mediovariegatum. Heeft geel bonte bladeren en van 15cm lang.
Bleek roze bloemen in augustus-september op stengels van 40cm.
Winterhard.
Uit Japan, Rusland, China.
Garden stonecrop.
Uit the natural history of the Himalayan mountain.
Hylotelephium ewersii (Ledeb.) H. Ohba (J.Ph. G. Ewers, Russische staatsraad en plantenliefhebber in het begin van de 19de eeuw) (Sedum ewersii, Ledeb.) Tegenoverstaande bladeren zittend en breed eivormig tot bijna rond en 1-2cm lang, vlezig en blauw/groen, aan de randen wat roodachtig, bovenste bladeren van de bloeiende stengels met hartvormige voet en stengelomvattend.
Liggende en dunne stengels zijn rond en glad, niet vertakt en sterven in de winter af, bloeiende stengels opstijgend.
Dichte en 3-5cm grote tros van 1cm grote purper/roze bloempjes in juli/augustus
Uit W. Himalaya tot Mongolië, wordt 15-25cm hoog. Is beschreven in 1829.
Ewer’s stone crop.
Uit Redoute.
Hylotelephium populifolium (Pall.) H. Ohba (met bladeren als populier) (Sedum populifolium, Pall.) Bladeren staan verspreid en zijn lang gesteeld, eivormig en 2cm lang, spits en vlezig, vlak en sterk getand.
Niet groenblijvende plant met opstaande stengels die houtig en vertakt zijn, donker purper.
Losse trosjes van geurende en 6-9mm grote witte tot roze/witte bloempjes met uitgespreide, lancetvormige, spitse bloemblaadjes in juli/augustus
Uit Siberië, wordt 30-50cm hoog. Is beschreven in 1780.
Poplar leaved stone crop.
Uit Redoute.
Hylotelephium telephium (L.) H. Ohba (Telephium, Grieks telephilon, tele: ver, philos: lief, de Grieken gebruikten de plant al als liefdesorakel door op de bladeren te krassen. Of afgeleid van Telephos, koning van Mydi, die zich verzette tegen de tocht naar Troje. Hij werd door Achilles verwond en zou door deze plant genezen zijn) (Sedum telephium, L). zou de Telephion van Dioscorides geweest zijn.
Bladeren tegenoverstaand tot verspreid, opgericht en zittend, omgekeerd eivormig tot elliptisch en 6-8cm lang, 3-4cm breed, vlezig en donker groen, zwak getand met smal toelopende voet, onderste bladeren soms zeer kort gesteeld, stengelbladeren met afgeronde voet en zittend.
De plant rijst op met verschillende brosse stengels die dik en willekeurig bezet zijn met vette en vlezige bladeren. De ronde stengel is gevlekt. Grote platte trossen met okselstandige zijtrosjes bestaan uit talrijke, kleine en wijd openstaande bleek purperen bloempjes in augustus/september.
De bloemen zijn witachtig en op niet beschaduwde plaatsen worden ze roodachtig, ze worden bezocht door wespen, onder andere de grote hoornaar, bijen en dagvlinders.
Ze groeien in bossen waarna er kleine vruchten komen waar het zaad als stof in ligt.
Een dikke knobbelige wortelstok waaruit de rechtopstaande stengels verschijnen, niet vertakt.
Groeit meestal in pollen langs wegen van de zandgronden onder kreupelhout, vooral op kwelplaatsen.
Kan zich na zaaien uitbreiden, de afgemaaide delen verwelken niet gauw en kunnen, liggend op de bodem, gaan wortelen.
Dit is een 30-40 cm grote plant uit Europa, Kaukasus en Siberië.
Var. borderi Mast. (M. Bordere, Z. Franse botanicus en plantenverzamelaar in de tweede helft van de 19de eeuw) verschilt door de verspreide blauwachtig/groen en diep getande bladeren en lange trossen van purper/roze bloempjes.
‘Munstead Dark Red.’ heeft donkerrode bloemen, ‘Herbstfreude,’ is wat meer roze met een meer een gedrongen lagere groei.
Naam/Gebruik.
(Dodonaeus) (a)’De tweede soort is ook een geslacht van Telephium. De Hoogduitsers noemen het Wundkraut. De tweede Ԩeerste is Andrachne telephoides, derde Sedum anacampseros) soort van Telephium wordt in Nederland gewoonlijk wondenkruid genoemd. Smeerwortel is wondenkruid en Telephium genoemd omdat het alle onzuivere ontstoken wonden en zeren met een verborgen kracht reinigen en verdrogen kan en zo helen.
Wunderkraut bij Bock.
Beverwijk, ‘Smeer‑wortel dat ook naar zijn kracht wondkruid genoemd wordt heelt alle onzuivere wonden en zeren. Zulks is eerst bevonden in Telephus, de zoon van Hercules en wordt daarom Telephium bij de Grieken en haar volgende Latinisten genoemd, Sanus, Achilleis remeavit Telephus herbis.’
Telephium, Grieks telephilon, tele: ver, philos: lief, de Grieken gebruikten de plant al als liefdesorakel door op de bladeren te krassen. Of afgeleid van Telephos, koning van Mydi, die zich verzette tegen de tocht naar Troje. Hij werd door Achilles verwond en zou door deze plant genezen zijn.
Dodonaeus (b) ‘De apothekers noemen het Crassula en Crassula Fabaria en ook Crassula major om die te onderscheiden van de andere Crassula.’
Uit Crassula, Duits Krasselkraut bij Megenberg, Krauswurz.
Dodonaeus ‘Ze noemen het ook Fabaria. De Italianen noemen het faba grassa, fanagrassa, fana inversa en fabaria.’
Dat naar de kleine knolletjes. Naar de knollige wortel (vergelijk Scrophularia nodosa) wilde Bohnen, Bohnenblatt bij Bock, Bonwurz, Dodonaeus noemt het driewortele, truewortele, van druse: klier, naar de knobbelige wortel. Verder gaat dit woord naar druswortel, Duits Druswort, Drossewort, Druswort, Geschwulstkraut of Wolfsbohnen.
Dodonaeus (d) ‘De Hoogduitsers noemen het Knabenkraut.’
Bruchkraut, Bruchwurzel, heelt de navelbreuk bij kinderen, knapen, en vandaar Knabasteck of Knabenkraut.
Dodonaeus (e) ‘De Hoogduitsers noemen het Fortzzwang en Fortzwein.’
Als middel bij vrouwelijke ziektes, Fosszwang, Fotzwein, Fotzzwang bij Bock, Holzzwang. Geneest de aambeien en vandaar Heileschadekrut en Geschwulstkraut.
Dodonaeus (f) ‘De Fransen noemen het joubarbe des vignes en feve espesse.
Dodonaeus (g) ‘De Nederduitsets noemen het smeerwortel.’
Dodonaeus (h) ‘De Neder-Duitsers noemen het ook hemelsleutel.’
Naar de vlezige bladeren als de andere soorten, Frans feuille grass: vetblad, grasette, feisti Henna, fette Henne, Fettblatt, Groe Fetthenne, Schmeerwurz, Schwerzwurzel, Dickblatt.
Dodonaeus (i) ‘De Engelsen noemen het orpyne, in Frans orpin.’
Frans orphan John of grand orpin, in Chaucers dagen werd het ornal genoemd. Het tegenwoordige Engelse orpine stamt, via Frans orpiment, uit Latijn auripigmentum: pigment van goud, dit was een naam die mogelijk eerst voor een Sedum met gele bloemen gebruikt werd, Sedum acre, of een gele verfstof die als basis arsenicum had, auri pigmentum. In Frans bleef deze plant de naam orpin reprise of grote orpin behouden, Sedum acre is orpin acre. Orpine is een kruid van de Maan.
Dodonaeus (j) ‘Het heet in het Frans chicottin en ook peprise, de bloemen van dit gewas lijken op die van Hypericum of Sint-Janskruid genoeg van gedaante'.
(k) Vergelijk Sempervivum tectorum, Donnerbar bij Bock, Bonwurz, Donnerbonen, -grun, -kraut, Donderloof omdat de bladeren verder vaneen zouden gaan staan met naderend onweer, of gebruik op daken.
(l) Duitse Purpursede, Sede of Sade stamt uit Latijn Sedum, Frans sedon, sedum reprise.
(m) Verder Felsekreitche, Lebkraut, Stierkraut, Zumpenkraut.
(n) Het plantje heeft dikke, vlezige wortels die een hoeveelheid voedsel bevatten, Engelse livelong of life for ever en Duitse Ewigleben.
Gerard, 1597, verhaalt ook dat deze plant vol is van leven. De bladeren werden tot kransen gemaakt en met midzomernacht opgehangen in huis, midsomer man. Zo ook in Duitsland waar Tragus, 1539, meldt dat na midzomernacht het bijgeloof is om dit kruid na een paar dagen over kamerdeuren te hangen dat die groen blijven tot kerst en dat degene die het gewas ophangt geen ziekte kent zo lang als de plant groen blijft. Als je de plant niet kent, zou je twijfelen bij zo’n boodschap, maar donderloof blijft gewoon groen, opgehangen en wel.
De wortel werd wel door het landvolk mee naar huis genomen en dan met de wortel naar boven gericht aan de zolder gehangen. (349) De knoppen blijven groen en groeien gewoon door, de neerhangende toppen buigen zich naar zolder toe en gaan bloeien met de dag van St. Jan, 24 juni, de St. Jansplant en Engels midsummer men. In Frankrijk, waar het kruid gechristianiseerd werd als herbe de Sainte-Vierge, St. Janskraut bij Bock, St. Janskraut, -blumen, het was het een van de planten die verzameld werd voor St. Jansavond en gezuiverd over de vuren. H. Bock; ԏnder de kruiden vindt men nauwelijks een dat minder droogt dan even dit kruid, vandaar dat ettelijke tot avontuur op St. Johannes nacht zoals de bijvoet gebruiken, vooral in Westerwald en Westerich. Dan zo gauw de dag Johannes verschijnt hangen ze dat kruid in de kamer, ettelijke steken het in de wand, over de deuren en daar blijft het altijd groen, slaat steeds uit zodat men het wel rond kerstnacht in dezelfde kamen groen mag vinden, zo lang dat kruid groen blijft zo lang mag die persoon die zulks kruid opgehangen in geen dodelijk ziekte vallen. Ettelijke vrouwen houden en leren zo een knaapje gebroken is, datzelfde kind zal men een stek van dit kruid tussen de been in een tuin zetten, zo gauw dat kruid aanvangt aan te slaan als dan zal de breuk van het kind helen. Omdat dat kruid tot de breuken gebruikt wordt noemt men het ook breukkruid, (Bτuchwurtz, Knabenkraut, Wundkraut) knapenkruid en vanwege de heling wondkruid en vanwege andere oorzaak zompenkruid, Fotzwang, Fotzwin etc, vanwege opgenoemde oorzaak Sint Johannes kruid, bonen blad vanwege de bladeren.’
Een plant van vitaliteit leidt tot vreemde gebruiken.
Op midzomeravond verzamelen bedrogen meisjes twee planten en zetten die op een broodplank en stellen de liefdestrouw (of mogelijk hun eigen wispelturigheid) vast door het bekijken van de planten, het goed gaan of afsterven, vandaar de naam live-long-love-long (livelong) John Aubrey, 1686-1687, merkte op dat maagden de midsommer-men opprikten per paren, de een voor een man, de ander voor zich zelf, als het blad overhing van de een naar de ander, of niet, zou er liefde of het tegenovergestelde zijn, als ze verwelkten, zelfs dood. Het naar rechts of links gaan van een blad betekende trouw of ontrouw van de man van haar gedachten.
Maerlant, ‘Propinum heet mede Crassula, die vindt men veel ver en nabij. Sommige noemen het radehele en sommige vresewonde. Nuttig is het te alle stonden bij gebroken benen naar de schriften. Wil men het plukken en verzamelen is dat tien dagen voor de langste dag die men in het jaar vinden mag en als men het bij het huis hangt waar niets dan lucht bij kan komen dat het bijna dat hele jaar groeit en opschiet, dat is waar. Hieraan mag men mede opmerken de naturen verborgenheid en de macht mede van God die alles maakt met zijn gebod die hem te verwonderen kan geven in dingen die zelf niet leven.’
(164) ‘De landlieden planten smeerwortel zeer graag op Sint Jansavond in houten schotels of potten of in enige spleten van de muren die met potaarde rondom bezet zijn en hangen het ook omhoog of aan de muren daar het lang groen blijft ja ook groeit en bloemen krijgt als het soms besproeid wordt en met water begoten.’
De stengel van deze plant werd in de spleten van de huizen gestoken en diende als orakel voor geluk en levensduur van jonge echtparen. Naar de draaiingen die de plant maakte zou het de sleutel zijn op de toekomstige echtelijke belevenissen van ongetrouwde.
(o) Zo werd deze plant het symbool van de liefdesband. Op trouwringen kwamen steeds deze stengels samen verbonden voor. In de ring staat het devies boven de bloem, ‘ma fiance velt, dat is, ’mijn verloofde wil, of is verlangend.’ Het motto onder de bloem is ‘loye lաmour feu. De stengels van de plant groeien door elkaar heen als een echte liefdesknot en betekent dat diegene die het draagt verenigd zal zijn in een huwelijk. Zulke ringen, met dit devies, waren er al in de 15de eeuw.
Het is de Duitse Schlusselblume, de Heirathschlussel, de Engelse marriage key.
Zo lang het loof niet slap wordt of doodgaat, zal geen mens in huis sterven.
Zelfs aan de bloemen is allerlei bijgeloof verbonden. Is de bloem met een lange steel verschenen, dan zal er in de familie een belangrijke gebeurtenis plaats vinden, een witte bloem geeft een doodsbericht aan en de rode een verheugende gebeurtenis. Wordt de plant zwak en gaat die helemaal dood, dan zal de familie ook niet lang meer bestaan. Dit gebruik wijst op Donar, de doods-onderwereldgod die met de duistere winter zijn planten meeneemt in de donkere aarde om ze in het volgende jaar weer tot nieuw leven te verwekken.
(p)’En ik zeg u, dat gij Petrus zijt, en op deze petra zal ik mijn gemeente bouwen en de poorten van het dodenrijk zullen haar niet overweldigen. Ik zal u de sleutels geven van het koninkrijk der hemelen..’ Op grond van deze laatste woorden wordt Petrus vaak afgebeeld met sleutels in de hand en als wachter van de hemelpoort. De hemelsleutel zou ontstaan zijn doordat Petrus een bos sleutels uit de hemel heeft laten vallen, op die plaatsen ontstonden de hemelsleutels. Er moeten dan ook verschillende sleutels gevallen zijn, want er zijn bleke-, gewone-, maas- en hemelsleutels. Hemelsleutel, Duits Hemelschlotel, genoemd vanwege de gelijkenis met de baard van een oude sleutel.
Of de plant verkreeg de naam hemelsleutel omdat die aan de zolder gehangen naar boven buigt, het kruid wees naar de hemel en werd beschouwd als een sleutel voor het eeuwige leven.
Een naam in Wales is Cerwr Taliesin: Taliesins Cress, naar Taliesin, de legendarische tovenaar en poet en omdat de bladeren gegeten werden als salade.
In de Wellse herbal van de geneesheren van Myddvai worden de aardse zonen van de elvenvrouw, uit het meer van de Black Mountains, alle krachten van de kruiden geleerd. Sedum telephium wordt vermeld tegen koorts, onvruchtbaarheid bij vrouwen en zorgt voor menstruatie. Het is lang een wondkruid geweest. Het wond kruid kan als wondkruid gebruikt worden door het blad te pakken en in twee vlakke delen te splijten en het ene deel op de wond te leggen dat erop blijft plakken als een pleister.
Gebruik.
Zo was het gebruik vroeger. (141, 164, 311, 309, 562) ԠDioscorides schrijft dat Telephium de witte plakken en sproeten die aan de huid en vooral aan de handen en het aanzicht komen genezen kan. Galenus zegt dat het alzo goed de grauwe als de witte plakken en sproeten verdrijft als het met azijn daarop gelegd is omdat het zo krachtig is in het afvegen en zuiver maken. Tegen witte zerigheid of schilfers: Leg de gestampte bladeren zes uren daarop, maar daarna moet het met gerstemeel bestreken worden. Lobel.
Tegen onzuivere en ontstoken wonden: Druppel het sap daarin en leg het gekneusde kruid daar bovenop. Ravelingius.
Het sap van smeerwortel of het water waar die in gekookt heeft is een bijzondere baat om de wonden dicht te maken en het bloed te stelpen, ook om de uitwendige wonden en zweren en breuken te genezen. Chabraeus.
Wondenkruid of smeerwortel kan met haar matige koude en droogte alle lopende gaten genezen en alle smarten verzoeten die door galachtige vochtigheden veroorzaakt zijn.’
Uit www.flickr.com
Hylotelephium telephioides (Michx.) H. Ohba (telephium-achtig) (Sedum telephioides Mich)
Glanzende meerjarige van 15-15cm hoog.
Ovale bladeren zijn bijna gaaf of spaarzaam getand.
Vele vleeskleurige bloemen in kleine dichte trossen.
Uit N. Amerika.
Allegheny stonecrop. Live for ever.
Uit J. Sturm, www.BioLib.de.
Hylotelephium telephium (L.) H. Ohba subsp. fabaria (W. D. J. Koch) H. Ohba. (boonachtig) (Sedum fabaria Koch) West & Centraal Europa.
Purperrode afstaande bloembladeren.
Afwisselend staande langachtig lancetvormige stengelbladeren.
Op vochtige en beschaduwde plaatsen van centraal en zuid Europa.
Berg Fethenne.
Uit J. Sturm.
Hylotelephium telephium (L.) H. Ohba subsp. maximum (L.) H. Ohba. (Sedum maximum, Suter. (grootste) Bladeren meestal tegenoverstaand of met 3 in kransen, breed eivormig en 5-9cm lang, zwak getand en donker groen, de onderste zittend, de bovenste met hartvormige voet en min of meer stengelomvattend.
Opstaande stengels zijn rond en groen tot roodachtig, niet vertakt.
Grote en platte trossen van talrijke geelachtig/witte bloempjes met uitgespreide en aan de achterkant purper/roze gekleurde bloemblaadjes in juni/juli.
Uit Z. en Midden-Europa en Kaukasus is de grootste uit deze groep en wordt soms wel 60cm hoog, stevig en bossig. Is beschreven in 1794.
Uit Europa. Grosse Fetthenne.
Hylotelephium telephium ssp. purpureum (L.)Hartm. (purperachtig) (Sedum telephium L.s.str., Sedum maximum Hoffm. Sedum purpurascens Koch) mit rozerode over het midden teruggebogen bloembladeren en tegenoverstaande langachtige lancetvormige bladeren, meestal in een krans van 3 van 9-14cm lang en 5-7.5cm breed. Groeit op stenige grond in centraal en oost Europa. 50-90 cm met donker purperen stengels en purperen bladeren Dit is een mooie borderplant maar wordt wat warrig, moet opgebonden worden. Rote Fetthenne of Purpur-Fetthenne.
Hylotelephium. telephium ssp. ruprechtii Jalas (Naar de Duits Russische botanist Franz Josef Iwanowitsch Ruprecht, 1814-1870)(Sedum telephium sensu Boriss.) lijkt veel op purpureum maar is minder fors.
Verspreid staande bladeren, de onderste gesteeld en de bovenste zeer kort gesteeld tot zittend, eivormig tot lancetvormig met wigvormige voet, sterk getand en zeer donkergroen.
Opstaande stengels zijn rond en glad, bebladerd.
Grote platte trossen van wijd openstaande gele bloemen in augustus/september.
Uit Midden en Noordoost Europa.
Hohe Fetthenne.
Uit E. Step.
Hylotelephium spectabile (Boreau) H. Ohba (opvallend) (Sedum spectabile, Bor.) De meestal tegenoverstaande bladeren, soms in een krans van 3, zijn zittend en omgekeerd eivormig, 6-12cm lang en 3-5cm breed, vlezig en zwak getand tot gaafrandig, blauwachtig/groen.
Opstaande, stevige, ronde en gladde stengels zijn niet vertakt.
Eindstandige, platte 10-15cm brede trossen met talrijke 1cm grote roze bloempjes met purperen helmknopjes in augustus/september.
Dit is een van de bekendste en meest gekweekte.
Rechtopstaande stijve en dikke takken met grote grijze, vlezige bladeren en licht tot donkerroze grote platte tuilen kenmerken het gewas.
Stamt uit Z. Korea en China wordt 30-50cm hoog.
Var. variegatum geel geelachtig/witbonte bladeren.
‘Briljant,’ heeft een diepere kleur net als ‘Carmen,’. De vele roze bloemetjes, die samen het grote scherm vormen, worden overvloedig door de vlinders bezocht. ) ‘Herbstfreude’ of ‘Autumn joy,’ is een kruising van S. spectabile met S. telephium in 1955.
Roze hemelsleutel, Duitse Prachtfetthennen, Engelse brilliant stone crop, iceplant, butterfly stonecrop, livelong, frogճ-stomach, harping Johnny, life-everlasting, live-forever, midsummer-men, orphan John, witchճ moneybags.
Vermeerderen.
Dat kan bij de meeste door die in april tot augustus te scheuren.
Stekken kan in maart of september zonder groeistof.
Sedum album zaaien bij 5 graden, zaad niet bedekken.
Zie verder: volkoomenoudeherbariaenmedisch.nl/ en: volkoomen.nl