Loropetalum

Over Loropetalum

Heksenstruik, vorm, kruiden, geschiedenis, historie, naamgeving, etymologie, afkomst, gebruik, vermeerderen, planten, teelt,

Uit Curtis botanical magazine.

Naam, etymologie.

Loropetalum, is afgeleid van lorum: een riem, petalum: bloembladen, zo genoemd naar de riemvormige bloembladen.

Mooie struiken die hoofdzakelijk gekweekt worden vanwege de witte bloemen die in de winter of het vroege voorjaar verschijnen.

Altijdgroene planten. De bladeren staan afwisselend, kort gesteeld en gaaf.

Bloemen staan aan het eind van de korte twijgjes.

3 soorten in China, Z. Azië.

Hamamelidaceae.

=Loropetalum chinense, Oliver. (uit China) Tamelijk smal, dof en altijdgroen blad.

De twijgen zijn dicht bruinharig, tegen de 4m.

Groepjes witte en veervormige bloemen komen in het vroege voorjaar. Soms zie je ze in gelige of groen-witte tinten.

Het is een mooie en veel vertakte struik van 1.5-4m hoog. Is beschreven in 1881.

Chinese franjebloem of Chinese toverhazelaar. Chinese fringe flower.

‘Black Pearl’ heeft rozerode bloemen.

Loropetalum lanceum Handel-Mazz. (lancetachtig) tot 13 m met witte bloemen.

Loropetalum subcordatum Oliver, tot 12m hoog. (bijna hartvormig)

Planten.

Is niet geheel winterhard, bedekken.

Stekken in augustus, 1% ibz.

Zaaien in maart bij 10 graden, zaad bedekken.

Zie verder: volkoomenoudeherbariaenmedisch.nl/ en: volkoomen.nl