Danae

Over Danae

Druivendoorn, vorm, kruiden, geschiedenis, historie, naamgeving, etymologie, afkomst, gebruik, vermeerderen, planten, teelt.

Een altijdgroene, opgaande en veel vertakte struik met dikke en ongewapende schijnbladen en eindelingse trossen van witte bloemen.

Vaak wordt het geslacht verwezen naar Ruscus. Het behoort tot de Asparagus vormen van de leliefamilie. Verschilt van Smilax doordat het niet klimt en van Ruscus omdat het bloeit met vrijstaande bloemstelen op het eind van de twijgen, dus geen bloem op het blad. Verder lijkt het veel op Ruscus. Danae heeft meer recht opgaande twijgen en de schijnbladen zijn gewoonlijk groter en glanzen meer.

Liliaceae, leliefamilie.

Uit M. Saint-Hilaire.

Danae racemosa, Moench. (trosvormig) (Ruscus racemosus, L.) Maakt een bos van een meter hoog met ovaal/lancetvormige en bijna zittende glanzende altijdgroene bladeren.

Bloemen komen in juli/augustus en zijn geel/groen.

De vrucht is een rode bes die bij ons zelden rijp wordt.

Verschijnt in Griekenland tot Perzië.

Naam, etymologie.

Danae is zo genoemd naar een dochter van koning Acrisius van Argos, moeder van Perseus. Omdat een orakel verkondigde dat hij eens door een kleinzoon zal vermoord worden sluit hij zijn enige dochter Dana op in een bronzen toren totdat ze te oud is geworden om nog kinderen te krijgen. Tijdens haar gevangenschap echter wordt Dana bevrucht door Zeus, die in de gedaante van een gouden regen door het tralievenster de toren binnendringt. Perseus wordt geboren en zo gauw de koning dit weet laat hij hem en zijn moeder in een houten kist opsluiten die in zee geworpen wordt. Maar de houten kist zinkt niet en drijft naar het eiland Seriphos, waar de twee worden bevrijd door de vriendelijke visser Diktys. Polydektes, broer van Diktys en koning van het eiland, eist Dana op en wil haar als vrouw. Perseus zweert de gorgo Medusa te vinden en haar hoofd mee te brengen, om de slechte Polydektes te verstenen en zo de bruiloft te verhinderen. Ze bouwde daar de stad Ardea.

De trosbloemige druivendoorn, Duitse Traubendorn en Engelse Alexandrian laurel, poet’s laurel, Frans laurier d’alexandrie. (Danae laurus) werd in Romeinse tijden gebruikt om helden te kronen, sprekers, atleten en poten.

(Dodonaeus) ‘In sommige hoven van Italië en Spanje vindt men een soort van dit gewas dat op het gewone tongenblad van stelen, bladeren, vruchten en wortels gelijk is, anders dan dat op zijne bladeren geen andere kleine bladertjes groeien, maar de bessen komen alleen uit die middelzenuw van de bladeren voort. Deze soort wordt van Clusius Laurus Alexandrina Theophrasti genoemd en van andere tongenblad wijfje.’

Frans fragron grappes. Matthiola; ‘Zapffenkraut wirt auch Hauckblat, Auffenblat, und Keelkraut genannt, im Latein Laurus Alexandrina, Ida, Uvularia, Bonifacia, unnd Pagana lingua.’

Planten.

Geschikt als solitair in potten.

Groeit het liefst wat in de schaduw van andere heesters. Ze verlangt een beschutte standplaats en overwintering het liefst in een koude bak. Wordt gebruikt bij de bloemisten als bindmateriaal

Vermeerderen door zaaien of scheuren van de wortelstokken in het voorjaar.

Zie verder: volkoomenoudeherbariaenmedisch.nl/ en: volkoomen.nl