Kingia

Over Kingia

Grasboom, vorm, kruiden, geschiedenis, historie, naamgeving, etymologie, afkomst, gebruik

Uit Kew Garden.

Naam, etymologie.

Kingia is als eerste verzameld te King George Sound door Robert Brown in 1801. Het kreeg zijn naam naar Philip Gidley King en Philip Parker King, gouverneur van Nieuw Z. Wales.

1 soort.

Liliaceae, Asphodel klasse, nu Dasypogonaceae.

Kingia australis, (in het zuiden voorkomend) Het gewas heeft een stam die een 30cm in diameter kan worden en samengesteld is uit harde, driezijdige en grasachtige bladen.

De bladen worden successievelijk geproduceerd aan de top van de stengel en draaien naar beneden. De ouderen vallen af, of meer, branden weg door de grasvuren van de inlanders wat dan een verkoolde en gezwarte stam achterlaat.

De plant kan in de vlaktes een hoogte bereiken van 2,5m.

Australische grasboom, Grasbume, grasstree is een opmerkelijke plant die in zuid en zuidwest Australiƫ groeit op droge plaatsen.

Ze lijken veel op de soorten van Xanthorrhoea die de naam draagt van blackboy vanwege de gelijkenis met een Aboriginal jongen die een speer vasthoudt. De bloemstengels van Kingia australis verschillen geheel van Xanthorrhoea soorten waarom men vele jaren dacht dat het de vrouwelijke vorm van de blackboy was en black gin heette, gin is het inlandse woord voor vrouw. Meestal wordt nu de Aboriginal naam bullanock gebruikt.

Zie verder: volkoomenoudeherbariaenmedisch.nl/ en: volkoomen.nl