Rhoicissus

Uit J. Moninckx.

Naam, etymologie.

Rhoicissus, komt van het Griekse rhus: de naam van de fluweelboom, en kissos: klimop, of Arabisch qissos: klimop, bosdruif.

Van dit geslacht zijn een paar soorten in cultuur.

Ze stammen uit Z. Amerika en Z. Afrika.

Klimmers, druifachtige planten met windende twijgen.

Opvallend door het blad, de bloem is onaanzienlijk.

Nauw verwant aan Cissus, vele zijn er nu in geplaatst, zie daar.

Vitaceae, wijnstokfamilie.

Rhoicissus tomentosa Wild. & R. B. Drumm., (uit de Kaap) (Rhoicissus capensis Planch) (Cissus capensis) Altijd groene bladeren die eerst behaard zijn, enkelvoudige en lang gesteeld, dik, leerachtig en rond/niervormig zijn, 20cm breed, aan de bovenzijde metaalachtig groen en aan de onderkant roestbruin en viltig.

Oudere planten willen wel bloeien en geven dan zwartrode besvruchten.

Het is een mooie klimplant met bruin behaarde twijgen en knoppen, hechten zich met hun draadvormige ranken aan elke steun vast.

Komt uit de Z. Afrika. Cape grape, evergreen grape.

Planten.

Mooie klimplant die ook als hangplant dienst kan doen.

Moeten in schaduw gekweekt worden, in de zon wordt het blad geel. In de winter minimaal 12 graden geven.

Vermeerderen door tussenstek.

Zie verder: volkoomenoudeherbariaenmedisch.nl/ en: volkoomen.nl