Licuala

Over Licuala

Waaierpalm, vorm, palm, geschiedenis, historie, naamgeving, etymologie, afkomst, gebruik,

Uit Curtis botanical magazine.

Naam, etymologie.

Licuala is een naam op de Molukken.

Waaierpalm.

Opvallende dwergpalmen die gekweekt worden om hun bijzondere vorm en mooie ronde blad.

Stengels alleenstaand of in een groep, nooit zeer lang en meestal dun. De lobben van de bladeren zijn lang wigvormig en gedeeld, verschillend gelobd of gedeeld en diep en onregelmatig verdeeld. Ze lijken maar zijn niet werkelijk rond.

Bloemen zijn groot en staan in een losse tros die rond de bladeren verschijnt.

Een 108 soorten uit regenbossen van Tropisch Azië en Australië.

Palmaceae, palmenfamilie.

Licuala grandis, Wendl. (groot) De stam is van boven bekleed met dode stengelbladen.

Vele bladeren die opgaand en spreidend zijn.

De bladsteel een meter, dun en glanzend met korte stevige dorens langs de randen onder het midden.

Blad is rond- of half rondachtig, wigvormig, de randen met vele korte lobben.

Het is een opgaande palm, is beschreven in 1873.

Komt uit Frans Polynesië.

Grossblattrige Strahlenpalme. Uit de bladeren van verschillende soorten worden zonnehoeden gemaakt. Uit de stam van enige soorten worden wandelstokken gemaakt, zogenaamde Penang Lawyers’. Deze soort wordt als kamerplant gebruikt.

Planten.

Ze houden van warmte en vochtige omgeving. In strenge zon moeten ze in de schaduw gehouden worden, dan krijg je groenere bladen. Sommige adviseren het te behandelen als een semi/aquatische plant.

De grote bladen worden soms gemakkelijk beschadigd, wat een nadeel is voor potcultuur.

Zie verder: volkoomenoudeherbariaenmedisch.nl/ en: volkoomen.nl