Ocotea

Over Ocotea

Stinkhout, vorm, kruiden, soorten, geschiedenis, historie, naamgeving, etymologie, afkomst, gebruik,

Naam, etymologie.

Ocotea, Latijn van een inlandse naam in Guyana.

Nectandra, komt van nectar: nectar, en aner of andros: een man of stuifmeeldraad, dit zou een verwijzing zijn naar de nectar dragende eigenschap van de boom.

Lauraceae, laurierfamilie.er zijn een 324 soorten meest in tropische en subtropische gebieden van Amerika, ook enkele in Afrika en Madagaskar. Struiken of bomen.

uit Curtis botanical magazine.

=Ocotea bullata Baill ( met bobbels of blaren) is een altijdgroene boom van 30m.

Donker groene glanzende bladeren met bubbels of blaren aan het oppervlak.

Uit Z. Afrika. Geeft mooi werkhout, donker walnoot of roodachtig bruin met geel sap, extreem fijne nerven, dicht en zacht, zou zo duurzaam zijn als teak. Is daarom te veel gekapt.

Stinkwood tree, Cape walnut, stinkhout, Cape laurel en Laurel wood, heeft zijn naam naar de sterke en onplezierige geur als het hout net geveld is.

Uit; http://flora.huh.harvard.edu/FloraData/201/TaxonImage/Nectandra_laurel.jpg

=Ocotea cymbarum Hbe. (Nectandra cinnamomoides) (kaneelachtig) (Ocotea cinnamomoides Mutis ex Kunth) (Laurus quixos Lam.)

(Dodonaeus) ‘Dit kaneel is van sommige zo genoemd, in het Latijn Canella alba, is tweevormig zegt Clusius. Het eerste is slechter, dikker en in grotere en langere pijpjes gerold en niet zo wit en niet zo scherp van smaak en het ander is dunner, witter en met kleiner rolletjes, beter van reuk en zeer scherp van smaak. Dan de uiterste ruwe schors van beide schijnt met enig ijzer of been effen en glad gemaakt te zijn. Diergelijke schors wordt nu uit Wingandecaouw (Virginia) gebracht die gerimpeld, bleek en zeer scherp van smaak is en groeit om een lange getakte wortel die zelf noch reuk noch smaak heeft.

Deze schors groeit om de tak en niet om de wortel wat Monardus Lignum aromaticum noemt, dat is welriekend hout dat in West-Indië groeit, wat vast is en hard en zo zwaar als pokhout, maar witter, doch met enige zwartachtige adertjes, dan het hart of binnenste van het hout is zwart als dat van pokhout en heetachtig van smaak en niet bijzonder van reuk want de reuk is alleen in de schors gelegen die van reuk en smaak zo goed is dat ze de foelie, ja het kaneel te boven gaat (daarom behoorde men dit eerder welriekende schors, in het Latijn Cortex aromaticus dan Lignum aromaticum te noemen, zegt Clusius) en zo scherp van smaak als peper en als die tot poeder gebracht wordt goed is om het hart, de maag en het hele ingewand te versterken. Het hout dient in het eiland Cuba voor brandhout, dan het zou mogen dienen in plaats van pokhout of tenminste om er bollen, schijven of ander werk van te draaien omdat het zo hard is.’

Clove cassia of Brazil.

Uit de.wikipedia.org

Ocotea foetens, Benth. en Hooker. (stinkend) Til heeft brede en glanzende bladeren.

Groen/gele bloemen.

Til is een boom uit Macaronesia. Is beschreven in 1760.

Het timmerhout geurt opmerkelijk, de foetusgeur blijft er voor jaren in.

Naam.

Stinklaurier, Til of tilio, Duitse Stinkholz, Kaplorbeer, Engelse fetid laurel, til tree.

Uit www.woodworkforums.com

Ocotea usambarensis Engl. (Usambra gebergte in Z. Afrika) is een grote altijdgroene boom van 35m, soms 45m met een groei van 2m per jaar als het jong is.

Tegenovergestelde bladeren zijn elliptisch tot ovaal, 4-16cm lang en 2.5-9cm breed, donkergroen boven en licht eronder, scherpe punt. Het blad geurt naar kamfer.

Onaanzienlijke groengele bloemen en kleine vrucht van 1cm.

Belangrijke timmerboom.

Groeit in regenwouden tot 2600m hoog in O. Afrika, Kenia, en Tanzania.

East African camphorwood, mkulo (Tanzania), mwiha (Uganda), muwong en maasi.

Zie verder: volkoomenoudeherbariaenmedisch.nl/ en: volkoomen.nl