Brucea
Over Brucea
Makassaarse pitjes. Vorm, afkomst, geschiedenis, etymologie of naamgeving, vermeerderen, cultuurvariëteiten.
Naam, etymologie.
Brucea, is zo genoemd naar Bruce, de Afrikaanse reiziger.
5 soorten komen voor in dit geslacht die groeien die in de tropische delen van Afrika, zuidoost Azië en Australië.
Het zijn bomen of heesters met geveerde bladeren en aren van kleine groene bloemen.
Alle delen van de plant hebben een zeer bittere smaak.
Simaroubaceae, hemelboomfamilie.
Brucea antidysenterica Mill. (antidysenterie) Wordt een paar meter hoog met groene bloemen in april.
Uit Abessini en tropisch Afrika wordt voor hetzelfde doel gebruikt als volgende. Is beschreven in 1775.
Uit rimba-um.edu.my
Brucea javanica (L.) Merr. (uit Java) (Brucea sumatrana Roxb.) (Sumatra) Wordt ook een paar meter hoog, bladverliezende struik
Groene bloemen in mei.
Purperachtig zwarte, vlezige en bittere vruchten met een enkel zaad. Is al eeuwen in de Chinese medicijnen in gebruik.
Komt overal in de Maleise archipel voor. Is beschreven in 1820.
Hiervan zijn de gedroogde vruchtjes onder de naam van makassaarse pitjes een beroemd middel tegen dysenterie. In Java heet het kusam seeds, Macassar kerneltree.
Zie verder: volkoomenoudeherbariaenmedisch.nl/ en: volkoomen.nl