Oenothera

Over Oenothera

Teunisbloem, vorm, kruiden, soorten, cultuurvariëteiten, geschiedenis, historie, naamgeving, etymologie, afkomst, gebruik, vermeerderen, planten, teelt,

Uit J. Kops, www.BioLib.de.

125 soorten komen voor met vele subspecies, hybriden en bastaarden, meestal in N. Amerika en sommigen in Z. Amerika, 1 zou er voorkomen in Tasmanië.

Bloemplanten die geprezen worden om hun heldere tinten van geel, roze of witte bloemen. Een, twee of meerjarige kruiden die soms struikachtig zijn aan de basis, 10-300cm.

De bladeren vormen een rozet op de grond en staan spiraalvormig om de stengel, gezaagd of diep gelobd. De bloemen openen tegen de avond en zijn meestal geel, ook wit, purper, roze of rood in een paar, vier bloembladeren. Het mooiste is vaak de stempel die een X vorm heeft.

Onagraceae.

=Oenothera × braunii Dll (Beierse botanist Alexander Carl Heinrich Braun, 1805-1877) (Oenothera muricata, L. (zacht gestekeld) (Oenothera biennis x Oenothera parviflora)

Tweejarige en ook bij ons verwilderde plant.

Opstaande stengel is behaard en dicht bebladerd.

Onderste bladeren staan in een rozet en zijn lancetvormig en toegespitst, gaaf tot wat getand, de overige smal lancetvormig.

Bloemen lijken op die van biennis maar zijn kleiner, 3-4cm in doorsnede met meeldraden die even lang zijn als de bloembladeren, ruig behaarde kelkslippen in juni/september.

Uit N. Amerika wordt 30-80cm hoog. Brauns Nachtkerze.

Uit de.wikipedia.org

Oenothera x fallax O. Renner, (misleidend, bedrieglijk) is Oenothera biennis × Oenothera glazioviana.

Bastaardteunisbloem, Tuschende Nachtkerze of Trgerische Nachtkerze.

Uit J. Kops, www.BioLib.de.

=Oenothera glazioviana Micheli (Franse botanist Auguste Francois Marie Glaziou, 1828-1906) (Oenothera erythrosepala Borbas) (rode meeldraden)) heeft kegelvormige bloemknoppen, kroonbladen zijn langer dan 3 cm en veel langer dan de meeldraden, juni tot oktober.

De vrucht is een zaaddoos met zeer fijn zaad, duizend zaden wegen ongeveer 0,5 g.

De plant werd bestudeerd vanwege de zoete stof in de bloemkelk die vloeibaar genoeg zou zijn om daar verscheidene soorten motten van het geslacht Sphynx mee te vangen, die mot komt voor in druiven.

Deze teunisbloem (of Oenothera lamarckiana Ser.) (Franse botanist Jean Baptiste Antoine Pierre Monet, Chevalier de la Marck, 1774-1829, zijn werk over de evolutie liep op dat van Darwin vooruit) is vooral bekend geworden door Prof. Hugo de Vries in erfelijkheidsleer. Zijn mutatietheorie aan de hand van Oenothera erythrosepala Borbas (roodbladig) is wereldberoemd geworden. Hij concludeerde aan de hand van zijn proeven, waarbij hij sprongsgewijze veranderingen vond, dat de grote teunisbloem zeer mutatiegevoelig was. Doordat de teunisbloem een zeer speciaal overervingsmodel heeft trok hij de verkeerde conclusies. Dit overervingsmodel was toen echter nog niet bekend.

Bij de teelt voor de olie zijn opbrengsten te behalen van 650-800 kg zaad per ha met een oliegehalte van 14-28 %. De olie uit de teunisbloemzaden wordt o.a. verwerkt tot een homeopathisch middel en bevat het zeldzame gamma-linoleenzuur(GLA).

Grote teunisbloem, Rotkelchige Nachtkerze, Groe Nachtkerze, Frans onagre grandes fleurs, Engels large-flowered evening-primrose.

Uit; http://www.sharpseed.com/index.cfm?fuseaction=plants.plantDetail&plant_id=100038

Oenothera macrocarpa Nutt. (grote zaden) vaste plant of soms tweejarig van 25cm hoog en meer breder met deels liggende en deels opgaande stengels.

Zwavelgele bloemen in juni-september van 10-12 diameter.

Dik lancetvormig blad tot 12cm lang

Winterharde bodembedekker.

Uit zuidelijk Amerika.

Bigfruit evening primrose.

Uit de wikipedia.org

Oenothera nuttallii, Sweet. (Thomas Nuttall, Engelse botanicus, 1786-1859) Kort gesteelde tot zittende bladeren zijn ei/lancetvormig, spits en bleekgroen, soms wat getand.

Opstaande stengels zijn bovenaan vertakt en witachtig.

Witte bloemen die bij het uitbloeien roze worden net 1.5-2.5cm lange bloembladeren en een kelkbuis van 2-4cm lang die klierachtig behaard is in juni/augustus.

Vruchtjes zijn lijnvormige en klierachtig behaard.

Uit Idaho en Minnesota en Texas wordt 40-100cm hoog. Is beschreven in 1811.

Uit N. Meerburgh met Papilio marsyas.

=Oenothera parviflora (kleine bloemen) (=Oenothera oakesiana) (William Oakes, botanist uit Amerika, 1799-1848) is een tweejarige 1,5m. hoge plant.

De bloem staat bij het begin van de bloei vaak scheef tot horizontaal, kroonbladen zijn 1-2 cm lang en kelkbladen zijn minder dan de helft van de kelkbuis.

Groeit op open, droge, zandige kalkhoudende grond en komt uit N. Amerika.

Kleine teunisbloem, duinteunisbloem, Fries sunnachtpit, Kleinblatige Nachtkerze, Oakes evening primrose, onagre d’ Oakes.

4. uit www.wildflowers.org

Calylophus serrulatus (Nutt.) P. H. Raven (Oenothera serrulata, Nutt.) (fijn gezaagd) Lancetvormige tot smal langwerpige bladeren zijn gezaagd en behaard, zittend tot kort gesteeld.

Opstaande stengels zijn meestal vertakt en bovenaan behaard.

Gele bloemen met omgekeerd eivormige, gekartelde en ruim 1cm lange bloemdekbladeren, kelkslippen zijn eivormig en spits, uitgespreid in juni/juli.

Lijn/lancetvormige en zittende vruchtjes.

Uit Canada tot Minnesota, Dakota, Colorado, Kansas en Texas wordt 20-50cm hoog. Is beschreven in 1824.

Small toothed leaved evening primrose, yellow sundrops.

5. Uit O. Thome, www.BioLib.de

Oenothera biennis, L. (tweejarig, bi en annuus) (Onagra biennis, Scop.)

Onderste bladeren staan in een grote rozet en zijn langwerpig, wat eivormig en stomp, ezelachtige bladeren, stengelbladeren zijn veel kleiner en lancetvormig, spits, wat getand en behaard.

Opgaande stengels zijn licht harig en meestal niet vertakt.

Lange eindstandige tros van talrijke diep gele, 5-6cm grote bloemen waarvan de meeldraden korter zijn dan de bloembladeren en glad behaard kelkslippen in juni/september.

Toch kan de plant ook al het eerste jaar in bloei komen. De bloemknoppen staan gewoonlijk omhoog, maar zo gauw als ze beginnen te bloeien krommen ze zich plotseling naar beneden. Dit is goed te zien bij een bloem die op uitkomen staat, maak die voorzichtig open, waarna je de bloem zo naar beneden ziet gaan. De bloemen bloeien maar een dag en gaan tegen 6 uur soms onverwacht open met een hoorbare slag en beginnen dan ook te geuren. Ze worden bestoven door nachtvlinders als het pistooltje en meekrapvlinder en overdag, als de bloemen nog open zijn, door hommels met lange tongen. Tegen 1‑2 uur gaat de bloem dicht om nooit meer open te gaan. Juli tot herfst.

Geven Grote Gloeiend Gele Gouden Geurende lichtgevende bloemen. Dat grote geel weerkaatst het ultraviolet licht, behalve aan de voet zodat het hart donker afsteekt voor insectenogen.

Uit N. Amerika, wordt 80-150cm hoog.

Is beschreven in 1629. (Dodonaeus) ‘Gele wederik van Virginia dat van vreemd zaad in de hof van Christiaen Porret buiten Leiden voortgekomen is. Men noemt het Lysimachia lutea siliquosa Virginiana en wordt van sommige gemeend dat het de Hyoscyamus Virginianus van Prosper Alpinus is.’

De plant is afkomstig uit Amerika en in dat land komen vele soorten voor in de prairies. C. Bauhin zag de teunisbloem voor het eerst in 1619 te Padua. Het kruid werd als een moesplant uit Virginie ingevoerd. Ze werden door de Engelse botanicus John Goodyer in 1621 beschreven. Al in 1623 is de aanplant in een tuin bij Parijs gezien. In 1660 werd het te Altdorf en in 1668 in Halle geplant, toen nog onder de naam Lysimachia virginina major fl. amplo. In 1674 bereikte het Engeland via Frankrijk. In 1749 werd het door de Zweeds botanicus Peter Kalm herontdekt. Als sierplant was ze al verspreid en men ontdekte al snel dat de wortels en bladeren eetbaar waren en zo werd het een keukengroente. Van daaruit verwilderde ze zeer snel. Al in 1766 beschreef men het voor Brandenburg als een algemeen onkruid. Haar verspreiding door Europa is vooral in de 18de en 19de eeuw gekomen vanuit de boerentuinen waar het als groenteplant geteeld werd.

De plant is nu veel verwilderd, vooral op ruderale plaatsen en bij voorkeur op kalkhoudende bodem.

Naam, etymologie.

(a) de oude naam was Onagra wat de Latijnse naam is die Scopoli aan het geslacht heeft gegeven en later in een Engelse publicatie van P. Miller in 1754 gebruikt (Gardeners Dictionary: Abridged). (zie de familienaam) Het Griekse onos betekent wilde ezel, wilde onager, en thera; voer, naar de ezelachtige bladeren. Franse lկnagre, herbe aux anes: ezelskruid en in Belgi ezelskruid. Deze naam werd door Linnaeus veranderd in Oenothera.

(b) Oenothera is afgeleid van het Griekse oinotheros: de wortels zouden naar wijn: oinos ruiken, de ther: zou dorst opwekken, oinos en thera samen betekent dorst opwekker naar wijn.

Plinius XXVI.69: ‘Oenothera sive onear, hilaritatem adferens in vino - longa radice et cum siccata est, vinum olente. Haec in potu data feras quoque mitigat’. Of van een wild dier die het sap met wijn gemengd ingegeven werd zodat ze rustig werden.

Oenothera is een naam waar de ouden een plant mee aanduidden die met wijn gedronken de mensen tot meer wijn drinken zou stimuleren, mensen vrolijk en de dieren mak maakten. Waarschijnlijk was dit het harig wilgenroosje, Epilobium hirsutum.

Of dat het woord afgeleid is van Oenanthe: een wijngaard en bloem, de ouden noemden alle planten Oenanthe die op dezelfde tijd bloeiden met de wijngaard of wiens bloemen dezelfde geur hadden, vergelijk Duitse Weinblume.

Tuinrapunzel, Engelse large rampion, Duitse gelbe Rapunzel, Rapontika, Rapunzelsellerie, Schinkensalat, de wortel verkleurt bij het koken naar rood, Salatwurzel, Frans onagre, raiponce rouge: rode raap, de dikke wortel, jambon des jardiniers: tuiniersham, is te eten.

(d) Zevenslaper, Duitse Siebenschlafer, Engelse four oգlock: vier uur begint de bloei en duurt zeven uur.

(e) Nachtkaars, avond-uilen, nachtlampke, vier en twintig uursbloeme, eendagsblomme, Nachtkerze, Nachtschlusselblume.

(f) Teunisbloem zo naar St. Antonius, de kluizenaar die vaak afgebeeld wordt met vlammen in zijn handen, die zouden lijken op de felle kleur van de bloemen.

(g) Engels night cowslip, evening primrose, evening star, bloeit 's nachts, bloemplanten die geprezen worden om hun opvallend heldere gele, roze of witte bloemen die verwant zijn met Primula.

Harekraut, syolzer Heinrich. De Hongaren noemen het viola.

Symbool van ontrouw, veranderlijkheid en wisselvalligheid. Vanwege de gele bloem of het 's nachts open zijn?

Gebruik.

De plant wordt gecultiveerd als saladeplant. Als groente wordt het gewas onder de naam Onagra geteeld. De wortels, rapunzels, die groot en vlezig zijn worden als plantaardige oesters toebereid. De wortel zou ook een goed voedsel voor varkens zijn en vooral de wortel die het eerste jaar gegroeid is.

5. Uit H. De Vries, www.BioLib.de.

=Oenothera lamarckiana, Ser. (Jean Baptiste Antoine Pierre Monet, Chevalier de la Marck, 1774-1829, zijn werk over de evolutie liep op dat van Darwin vooruit)

Langwerpige bladeren zijn bijna gaafrandig.

Tweejarige plant met opstaande en rood behaarde stengels die van onderaf aan vertakt zijn

Zwak geurende bloemen zijn heldergeel en 6-8cm in doorsnede, spitse bloemknoppen en meeldraden die veel korter zijn dan de bloembladeren, kelkbladeren zijn roodachtig gekleurd in juli/september.

Uit N. Amerika wordt 100-180cm hoog.

Grote teunisbloem, Tall large flowered evening primrose.

10.Uit www.biolib.de

Oenothera missouriensis, Sims, (uit Missouri) Gesteelde bladeren zijn dik en lijn/lancetvormig, spits, groen, wat zijdeachtig behaard, gaaf tot getand.

Liggende tot opgerichte stengels zijn roodachtig en behaard.

De goud/gele bloemen zijn 10-15cm in doorsnede met een 8-15cm lange kelkbuis in juli/oktober.

Vruchtjes zijn bijna rond en breed gevleugeld, fijn behaard tot kaal.

Uit Missouri, Kansas tot Texas wordt 20-30cm hoog. Is beschreven in 1818.

Var. incana verschilt doordat het geheel grauw zijdeachtig behaard is.

Missouri evening primrose.

12. Uit Edwards botanical register.

Oenothera fruticosa L. subspecie glauca, (Michx.) Straley. (zeegroen blauw) (Oenothera tetragona) (vier hoeken)

Eivormige en getande bladeren zijn blauwachtig/groen, zittend, de onderste vaak gesteeld

Opstaande stengels zijn vertakt en blauw/groen.

Korte bebladerde trossen van helder gele bloemen met omgekeerd eivormige, uitgerande en 2.5-3cm lange bloembladeren in juli/augustus.

Omgekeerd eironde vruchtjes zijn breed 4vleugelig, blauwachtig en kort gesteeld.

Uit Virginie tot Georgia en Alabama wordt 40-80cm hoog. Is beschreven in 1812.

Sommige cv ‘s hebben rode stengels en ook de bloemknoppen zijn opvallend roodachtig.

‘Fyrverkeri,’is een sterke plant met rode bloemknoppen en stengels, geeft wel helgele bloemen. Een plant van 50cm.

‘Hohes Licht,’ is goudgeel 60cm..

Glaucous evening primrose, narrowleaf evenening primrose.

13. Uit N. Meerburgh met Papilio cardamines.

=Oenothera fruticosa, L. (heesterachtig) Lancetvormige bladeren zijn spits en meestal getand, fijn gewimperd, groen en zittend, de onderste vaak gesteeld.

Opstaande stengels zijn onderaan houtachtig en meestal vertakt, vaak roodachtig, fijn behaard tot kaal.

Eindstandige trossen van goud/gele bloemen met omgekeerd hartvormige, 1.5-2.5cm lange bloembladeren in juli/september. Mooi is het gewas als de knoppen op springen staan, dan komt er nog een rode kleur bij.

Omgekeerd eironde vruchten zijn gevleugeld, kaal tot behaard, zittend tot gesteeld.

Varieert met grotere of kleinere bloemen en donker tot lichter gekleurde bloemen.

Uit Nova Scotia tot Georgia en Minnesota, wordt 30-70cm hoog.

In Amerika sundrops genoemd. Is beschreven in 1737.

‘Cuthbertson’, (Cuthbertson ‘s) komt ook met rode knoppen.

‘Yellow River,’ heeft de knoppen groenachtig op 60cm. lange stengels.

15. uit www.flickr.com

Oenothera fruticosa var. linearis (Michx.) S. Wats (lijnvormig) (Oenothera linearis, Michx.) Lijnvormige tot lancetvormige bladeren zijn meestal gaaf en fijn behaard.

Opstaande stengels zijn fijn behaard.

Gele bloemen met 1.5-3cm lange bloembladeren in juni/augustus.

Knotsvormige vruchtjes zijn gevleugeld, gesteeld en grijsachtig behaard.

Uit Massachusetts tot Arkansas en Alabama wordt 20-50cm hoog.

Var. allenii (O.D. Allen, Amerikaanse botanicus) van 20cm hoog met liggende, dunne en fijn behaarde stengels van 60cm lengte.

Gele bloemen zijn 2-3cm in doorsnede.

Narrow leaved evening primrose.

14. uit L. Watson.

Oenothera perennis L (meerjarig) (Oenothera pumila, L. (dwergachtig) Lancetvormige bladeren zijn stomp en gesteeld, de onderste meer spatelvormig.

Opstaande stengels zijn fijn behaard.

De gele bloemen staan in eindstandige trossen met 8-12mm lange bloembladeren in juli/augustus.

Zittende tot kort gesteelde vruchtjes zijn knotsvormig en wat gevleugeld.

Uit Québec tot Manitoba, Georgia, Kansas en Virginie wordt 20-60cm hoog. Is beschreven in 1757.

Dwarf evening primrose.

17. Uit Curtis botanical magazine.

=Oenothera speciosa, Nutt. (fraai) Onderste bladeren zijn gesteeld en ei/lancetvormig met geveerde voet, stengelbladeren zittend tot kort gesteeld, lancetvormig en spits, bochtig tot veerspletig.

Liggende tot opstijgende stengels zijn vertakt en fijn behaard.

Witte bloemen die roze worden en geuren zijn 8-9cm in doorsnede, hangende bloemknoppen.

Knotsvormige vruchtjes zijn gevleugeld, behaard en gesteeld.

Uit Missouri, Texas en Arizona, wordt 50-60cm hoog. Is beschreven in 1821. Kort levende overblijvende plant.

Tall white evening primrose, pink primrose, pinkladies en showy evening primrose.

‘Misikiyou,’ lang bloeiende plant.

Uit Mary Vaux Walcott.

21.

Oenothera caespitosa, Nutt. (zoden vormend) Wortelstandige bladeren zijn lancetvormig en onregelmatig gelobd/getand tot bochtig ingesneden met meestal gewimperde randen en gevleugelde steel.

Plant zonder stengels.

Grote en zacht geurende bloemen zijn zuiver wit, bloeien roze uit met 3-6cm lange bloembladeren en goud/gele meeldraden, kelkbuis van 5-10cm lang. De bloemen openen tegen de avond en bloeien slechts 1 nacht, maar door de grote hoeveelheid van bloemen is er toch bloei van af juni tot in het najaar.

Zittende vruchtjes zijn eivormig en toegespitst, kantig en knobbelig.

Warme beschutte en droge, niet te zonnige plaats. Het best te behandelen als tweejarige.

Uit Dakota tot Montana en Wyoming wordt 10cm hoog. Is beschreven in 1811.

Var. eximia Munz (voortreffelijk, uitmuntend) heeft een korte stengel van 10-30cm hoog, behaarde bladeren en bloembladeren van 2.504cm lang, kelkbuis 10-15cm lang en behaard, zittende vruchtjes tot opgericht en knobbelig

Var. marginata Munz (gerand) heeft een korte stengel en is geheel behaard, bladeren zijn bochtige/geveerd, gesteelde vruchtjes zijn opstaand.

Var. montana Munz (van de bergen) heeft geen stengels, bladeren zijn aan de achterkant behaard, kelkbuis 3-8cm lang en behaard, zittende vruchtjes zijn glad.

Tufted evening primrose.

22. uit www.wnmu.edu

Oenothera brachycarpa, Gray. (met korte vruchten) Bladeren staan in een rozet en zijn dik en lancetvormig, spits, gaaf tot zwak getand of wat geveerd met gevleugelde steel.

Zeer korte stengel.

Zeer grote gele bloemen die wat roze uitbloeien met 3-5cm lange bloembladeren en behaarde kelk met 5-15cm lang buis in mei/juli.

Eivormige, gevleugelde vruchtjes.

Uit Kansas tot Texas wordt 10cm hoog.

Shortfruit evening primrose.

Planten.

Het zijn meestal droge grond planten.

Verwijder de uitgebloeide bloemen zodat de plant lang nabloeit.

Een oplichtende plant voor een zonnige standplaats. Is mooi met blauw van Geranium, Asters en Campanula.

Vermeerderen door zaad, in januari/maart zaaien bij 20 graden, de overblijvende kunnen ook gescheurd worden in april/mei. Stekken kan in april zonder groeistof.

Zie verder: volkoomenoudeherbariaenmedisch.nl/ en: volkoomen.nl